2.2 writing (19-10)

Ga zitten volgens de plattegrond :)
Phone in the phonebag? Coat in the hallway? Books, notebook, Chromebook & a pen on your table? Awesome!
Julia
Arwa
Floor
Femke
Lydia
Beraa
Lieke
Bonita
Eline
Merel
Seyda
Lois
Sedra
Daisy
Noa
Anke
Soraya
Nikki
Ziba
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ga zitten volgens de plattegrond :)
Phone in the phonebag? Coat in the hallway? Books, notebook, Chromebook & a pen on your table? Awesome!
Julia
Arwa
Floor
Femke
Lydia
Beraa
Lieke
Bonita
Eline
Merel
Seyda
Lois
Sedra
Daisy
Noa
Anke
Soraya
Nikki
Ziba

Slide 1 - Slide

Hello V3K3! :) 





Phone in the phonebag? Coat in the hallway? Books, notebook, Chromebook & a pen on your table? Awesome!

Slide 2 - Slide

Today:
1. Recap
2. Homework check
3. Grammar:
Ex. 7, 8, 9  (wb)& practise more grammar  (online)
4. Get to work!


Goals (at the end of this lesson...) :
- You can use the present perfect.
- You can my / mine / of mine
Important dates:



Slide 3 - Slide

1. Recap
Sleep de Engelse woorden naar hun Nederlandse vertaling.
bevestiging
inschrijven
inschrijfgeld
handtekening
confirmation
to enrol
fee
signature

Slide 4 - Drag question

2. Homework check:
Wat was het huiswerk?
Maken: unit 2.2 opdr.  12 t/m 15 (wb p. 55 - 56) + practise more words (online)
Leren: phrases 2.2

Ik loop langs om te controleren. Je mag zachtjes kletsen tussendoor!

Slide 5 - Slide

3. Present perfect
Je gebruikt de present perfect:

1. als je wilt zeggen dat iets is gebeurd en het niet belangrijk is wanneer.

  • I have finished my homework.
  • I have seen the Big Ben.

Slide 6 - Slide

3. Present perfect
Je gebruikt de present perfect:
1. als je wilt zeggen dat iets is gebeurd en het niet belangrijk is wanneer.
  • I have finished my homework.

2. als je wilt zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nog steeds doorgaat. In de zin staat dan vaak: since, for of in.
  • I have lived in Nijmegen since 2001.
  • Sarah has waited for hours.

Slide 7 - Slide

3. Present perfect
Hoe vorm je de present perfect? Wat valt je op aan de volgende zinnen?

  • I have finished my homework.
  • I have lived in Nijmegen since 2001.
  • Sarah has waited for hours.
  • Marie hasn't cooked in weeks.

Slide 8 - Slide

3. Present perfect
Hoe vorm je de present perfect? 
  • I have finished my homework.
  • I have lived in Nijmegen since 2001.
  • Sarah has waited for hours.
  • Denise has seen the Big Ben.


I / you / we / you / they
have + voltooid deelwoord

He / she / it
has + voltooid deelwoord

Ook hier heb je onregelmatige werkwoorden. Die krijgen een eigen vorm!

Slide 9 - Slide

3. Present perfect
Hoe vorm je de present perfect? 
Bevestigend (+) I have finished my homework.
Onderwerp + have / has + voltooid deelwoord

Ontkennend (-) I have not finished my homework.
Onderwerp + have / has + not + voltooid deelwoord

Vragend (?) Have I finshed my homework?
Have / has + onderwerp + voltooid deelwoord


Write this down!

Slide 10 - Slide

3. Bezittelijke voornaamwoorden
Op pagina 76 van je tekstboek zie je de bezittelijke voornaamwoorden in het Engels staan. 

Kijk even mee!

Bezittelijke voornaamwoorden gebruik je om aan te geven van wie iets is.

Slide 11 - Slide

I ... lived in Venlo since 2017.
A
has
B
have
C
had
D
was

Slide 12 - Quiz

She ... finished her homework.
A
has
B
have
C
had
D
was

Slide 13 - Quiz

... have known each other for three years.
A
He
B
She
C
I
D
We

Slide 14 - Quiz

Vul in:
I ... ... (work) in London.

Slide 15 - Open question

Hoe vertaal je 'van haar'?
A
hers
B
his
C
theirs
D
yours

Slide 16 - Quiz

Hoe vertaal je 'die van jullie / u'?
A
hers
B
yours
C
ours
D
theirs

Slide 17 - Quiz

4. Get to work!
Do:
Unit 2.2 writing
  • Opdracht 16 t/m 19 (pagina 57 - 59)
  • Practise more grammar + phrases (online)


Klaar? 
ReadTheory (zie Classroom voor inlog gegevens)




How?
- Alleen of in tweetallen.
- Zachtjes overleggen.
- Muziek mag via je                         Chromebook.
- Tot we gaan afsluiten.


Slide 18 - Slide

1. Wanneer gebruik je de present perfect?
2. Waarom gebruik je bezittelijk voornaamwoorden?

Slide 19 - Open question

Homework
Noteer in je agenda voor donderdag 21 oktober (2e uur):


Maken: opdracht 16 t/m 19 (wb p. 57 - 59), practise more grammar + phrases (online)
Leren: Phrases 2.2

Slide 20 - Slide