Taal Les 10 Week 2 Herhaling

Taal 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 8

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Taal 

Slide 1 - Slide

Lees de zin.
Hun hebben wellicht een betere functie als me kat.

Slide 2 - Slide

Waar gaan we het over hebben?

Slide 3 - Slide

Themawoorden

Slide 4 - Slide

Meest gemaakte taalfouten?
-Zelfstandignaamwoord
-Bijvoegelijk naamwoord
-Werkwoord
-Bijwoord

-Lidwoord
-Voornaamwoord (persoonlijk, bezittelijk, aanwijzend)
-Voorzetsel
-Voegwoord

Alles eindigt op woord -> woordsoorten (behalve voorzetsel)

Slide 5 - Slide

Bedrijvende en lijdende zin?
-Lijdend voorwerp in de bedrijvende zin wordt het onderwerp in de lijdende zin.
-Persoonsvorm in de bedrijvende zin wordt het voltooid deelwoord in de lijdende zin + hulpwerkwoord worden.
-Het onderwerp van de bedrijvende zin komt achter door.

Slide 6 - Slide

Dit ga je leren

Slide 7 - Slide

Lesverloop
-2 voorbeeldopgaves: taalfouten
-1 voorbeeldopgave: van bedrijvende zin naar lijdende zin

Slide 8 - Slide

Voorbeeld 1:
-Vind de taalfout in de zin.

-Ik houd me spreekbeurt over kinderarbeid

Slide 9 - Slide

Voorbeeld 2:
-Vind de taalfout in de zin.

-Vroeger moesten kinderen hier werken; hun stopten dan met school.

Slide 10 - Slide

Voorbeeld 3:
-Maak van de bedrijvende zin een lijdende zin.

-Ik zette de spullen in de vaatwasser.




-De spullen werden door mij in de vaatwasser gezet.

Slide 11 - Slide

Aan de slag
-Zelfstandig in stilte aan les 10 beginnen
(7 minuten)
-Daarna Stoplicht op groen
(7 minuten)

Klaar? -> Weektaak
*Complimentenkaartjes
timer
7:00

Slide 12 - Slide

Afsluiting
->Exit ticket

Slide 13 - Slide