herhalingsles + oefentoets 2hv2 en 2hv1

To do
Welkom! 
  1. Doe je jas uit en tas van tafel
  2. Ga rustig zitten en pak je boek, schrift en pen erbij 
  3. Als je klaar bent: Maak je je schrift open, en schrijf je op wat je je nog kan herinneren van wat we de vorige les hebben behandeld. 
timer
2:00
1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

To do
Welkom! 
  1. Doe je jas uit en tas van tafel
  2. Ga rustig zitten en pak je boek, schrift en pen erbij 
  3. Als je klaar bent: Maak je je schrift open, en schrijf je op wat je je nog kan herinneren van wat we de vorige les hebben behandeld. 
timer
2:00

Slide 1 - Slide

To do
  • Binnenkomst (5 min)
  • Leerdoelen (5 min)
  • Herhalingsuitleg (10 min)
  • Oefentoets maken (20 min)
  • Oefentoets nabespreken (10 min)
  • Leerdoelen nabespreken (5 min)
  • Afsluiten (5 min)

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les:
    1: Kan ik voorbeelden opnoemen van onderwerpen waar ik tijdens het leren meer aandacht aan ga besteden. 
    2: Heb ik de lesstof herhaald

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Soorten bloedvaten
Slagaders: Van hart naar organen, dikke wand.
Aders: Van organen terug naar het hart, dunne wand met kleppen.
Haarvaten: Bij de organen voor de stofwisseling, hele dunne wand waar stoffen doorheen kunnen.

Slide 6 - Slide

Soorten bloedvaten
Aders: Dunne wand met kleppen
Slagaders: Dikke wand zonder kleppen

Slide 7 - Slide

Dubbele bloedsomloop
Kleine bloedsomloop: Hart > longen > hart
Grote bloedsomloop: Alle organen

Slide 8 - Slide

Wat is de volgorde van de
grote bloedsomloop?
A
Rechter kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, linker boezem
B
Rechter kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, linker boezem
C
Linker kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, rechter boezem
D
Linker kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, rechter boezem

Slide 9 - Quiz

Een bloedvat heeft overal kleppen.
Welk soort bloedvat is dit?
A
Slagader
B
Ader
C
Haarvat

Slide 10 - Quiz

Een bloedvat voert bloed van de aorta naar de nieren. Tot welk type bloedvaten behoort dit bloedvat?
A
Slagader
B
Haarvat
C
Ader

Slide 11 - Quiz

boezems & kamers in het hart

Slide 12 - Slide

Wat scheidt de linker- en rechter harthelft?
A
Hart-tussenvlies
B
Hart-tussenspier
C
Hart-wand
D
Hart-tussenwand

Slide 13 - Quiz

Waar zitten de hartkleppen?
A
Tussen de linker - en de rechterhelft van het hart
B
Tussen het hart en de aorta en longslagader
C
Tussen de boezems en kamers in het hart
D
In de aders die naar het hart toelopen

Slide 14 - Quiz

Hartklep open

Tussen de boezems en de kamers zitten hartkleppen.

Open: 
Er stroomt bloed vanuit de boezems in de kamers.
open
open

Slide 15 - Slide

Hartklep dicht
Tussen de boezems en de kamers zitten hartkleppen.

Dicht: 
Er stroomt bloed uit de kamers.
Er kan geen bloed terugstromen naar de boezems.
De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).
De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.
dicht
dicht

Slide 16 - Slide

Halvemaanvormige kleppen open
Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten halvemaanvormige kleppen.

Open
Er stroomt bloed vanuit de kamers in de slagaders:

- de longslagader
- de aorta
De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).
De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.
beide open

Slide 17 - Slide

Halvemaanvormige kleppen: dicht
Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten halvemaanvormige kleppen.

Dicht: Het bloed kan niet terugstromen naar de kamers
beide dicht

Slide 18 - Slide

Aan de slag!
Wat
Oefentoets meerkeuze of open vragen maken 
hoe
Je schrijft de antwoorden in je schrift. 
hulp
Je mag zelf kiezen:
1) Het boek gebruiken 
2) Buurman/buurvrouw fluisterend om hulp vragen
3) Bij de juf om uitleg vragen 
tijd
15 min
klaar?
Maak dan de opdrachten af van basisstof 3 of Ga naar magister => leermiddelen => thema 3: bloedsomloop => ¨test je zelf maken¨ Je mag ook een woordzoeker pakken, of alvast alle begrippen opschrijven. 
timer
15:00

Slide 19 - Slide

Nakijken 

Slide 20 - Slide

Een bloedvat heeft overal kleppen.
Welk soort bloedvat is dit?
A
Slagader
B
Ader
C
Haarvat

Slide 21 - Quiz

Hoeveel meter aan bloedvaten heb je?
Met de lengte van je bloedvaten kun je:
A
twee keer de wereld rond
B
van Amsterdam naar Parijs

Slide 22 - Quiz

Een bloedvat voert bloed van de aorta naar de nieren. Tot welk type bloedvaten behoort dit bloedvat?
A
Slagader
B
Haarvat
C
Ader

Slide 23 - Quiz

Een bloedvat voert bloed van de aorta naar de lever. Wat is de naam van dit bloedvat?
A
leverslagader
B
poortader
C
leverader
D
haarvat

Slide 24 - Quiz

Drie bloedvaten zijn de leverader, de leverslagader en de poortader.
In welk bloedvat of in welke bloedvaten is het bloed zuurstofrijk?
A
Alleen in de leverslagader
B
In de leverader en in de poortader
C
In de leverslagader en de poortader
D
Alle drie bloedvaten

Slide 25 - Quiz