Les 2 Assortiment Product

• Handel
• MBO
• Studiejaar 1

Deel 2 Assortiment en retailmix

Herhaling en test Retailmix

In de komende weken krijgen jullie les in de 6 P's die horen bij de Retailmix. Elke les behandelen we een van de 6 P's. 

 

 Je gaat werken aan de volgende leerdoelen 

Je kent de belangrijkste marktingbegrippen 

Je kunt elke P toepassen binnen jouw eigen leerbedrijf

Uit hoeveel P's bestaat de Retailmix?

1. 5
2. 6
3. 4
4. 8

Assortiment ( Product)

Wat hebben de P's te maken met het succes van jouw winkel?

De P van Product

Assortiment

breed of smal en groepen

kern en randassortiment

seizoenartikelen

Producteigenschappen

doelgroep

A,B,C en huismerken

Assortimentsopbouw

In jouw leerbedrijf heb je te maken met een assortimentsopbouw/productopbouw. Op deze manier kan je de artikelen op de juiste manier plaatsen.

Voorbeeld assortimentsopbouw

Assortimentsgroep	Haarverzorging
Artikelgroep	Haarverzorging voor droog haar
Artikelsoort	Haar mousse
Artikel	Mousse van Nivea
Artikelvariëteit	Mousse van Nivea voor droog haar

Assortimentsdimensies

Een assortiment kan breed of smal zijn.

Een assortiment kan diep of ondiep zijn.

Bij een breed assortiment zijn er veel verschillende artikelgroep, bij een smal assortiment zijn er weinig verschillende artikelgroepen

Bij een ondiep assortiment zijn er niet veel verschillende artikelen bij een diep assortiment zijn er veel verschillende artikelen

Ridecars kidsauto heeft een

1. Breed en diep assortiment
2. Breed en smal assortiment
3. Smal en ondiep assortiment
4. Smal en diep assortiment

Jumbo heeft een?

1. Smal en diep assortiment
2. Breed en ondiep assortiment
3. Breed en diep assortiment
4. Smal en ondiep assortiment

Dameskleding

Broeken

Skinny Jeans

Jeans

Artikelgroep

Artikelvariteit

Artikel

Artikelsoort

Kern en randassortiment

Het kernassortiment is het assortiment waarvoor de winkelier naar jouw winkel toekomst.

Het randassortiment is een aanvulling op je kernassortiment

Kernassortiment schoenenwinkel

Randassortiment schoenenwinkel

Wat is het randassortiment van jouw leerbedrijf?

Seizoenen ?

Producteigenschappen

afmetingen en  functie van het product eigenschappen/waarden voor de consument

afmeting, gewichten, samenstelling, geur, vormgeving en smaak van een product.

Het fysieke product (of: product in enge zin) heeft betrekking op de fysieke eigenschappen van het product.

Dit zijn de eigenschappen die eigen zijn aan het product (afmeting, samenstelling, gewicht, smaak en dergelijke): instrumentele producteigenschappen. Op basis van deze fysieke eigenschappen is nauwelijks onderscheid aan te brengen tussen concurrerende producten. Elke koelkast koelt, elke auto rijdt en elke frisdrank lest dorst. 

Aan het fysieke product kan de producent een aantal eigenschappen toevoegen: zo ontstaat het uitgebreide product. Die toegevoegde eigenschappen zorgen ervoor dat het product zich – in rationele en/of emotionele zin – wel onderscheidt van dat van de concurrent. Deze toegevoegde eigenschappen kunnen dus zowel instrumenteel zijn als emotioneel.

Reclame speelt een heel belangrijke rol bij het toevoegen van deze emotionele eigenschappen

Het uitgebreide product is dus de som van de fysieke eigenschappen en de toegevoegde eigenschappen. De toegevoegde eigenschappen kunnen ervoor zorgen dat het product een eigen imago krijgt. Dit imago kan verder worden ondersteund door de andere marketingmix-instrumenten (distributie, prijs, promotie). De toegevoegde eigenschappen kunnen zó uniek zijn, dat er wordt gesproken van een USP, een unique selling proposition 

Merken

A-merken hebben een hoge prijs en kwaliteit. Ze zijn bij veel verkooppunten verkrijgbaar. De fabrikant maakt veel reclame om het imago te versterken. Er is veel merkentrouw. Merkentrouw houdt in dat de klant trouw blijft aan het merk en dus geen vergelijkbaar product van een ander merk koopt

B-merken staan vaak minder bekend, maar hoeven niet minder van kwaliteit te zijn. De prijs ligt zo’n 10 tot 15 procent lager dan die van een A-merk. B-merken zijn op minder plaatsen verkrijgbaar. Er wordt minder vaak reclame voor gemaakt. 

C-merken hebben een lage prijs. Deze merken hebben weinig naamsbekendheid. In een supermarkt vind je deze merken vooral in het onderste schap, waar ze bijna niet opvallen. Soms zijn ze alleen plaatselijk of regionaal verkrijgbaar

Opdracht Stage

zie het boekje digitaal in is learning/ papier

woensdag en donderdag foto's maken

vrijdag uitwerken in een PowerPoint of prezi

ieder vrijdag zet je een stukje PowerPoint in its learning

pas dan ben je klaar