> Je leert en maakt kennis met de Franse cultuur en gebruiken.
> Je kunt een vlog begrijpen waarin iemand wordt voorgesteld.
Slide 3 - Slide
1. Wat weet je al over Frankrijk en de Franse taal ?
2. Start maken met het boek :
een vlog kijken = Regarder
3. Hoe leer je woordjes ?
4. Huiswerk
Slide 4 - Slide
> Maak een woordweb.
Wat weet je al van Frankrijk?
> Lees de tekst op pagina 10+11
En silence!
> Wat wist je al, en wat nog niet ?
timer
3:00
Slide 5 - Slide
> Apprendre 1 samen doornemen (page 32)
> Vlog kijken en luisteren (page 12)
> Maken : exercice 1 + 2 (page 12)
Slide 6 - Slide
Hoe leer je woordjes?
Slide 7 - Slide
> Je kunt de woordjes uit je boek leren, leg een hand of een papiertje over de vertaling en leer F-N en N-F
> Je kunt de woordjes overschrijven in je schrift (tip! Zo onthoud je het beter!), linkerhelft van de bladzijde het Frans en andere helft Nederlands
> Je kunt dit ook digitaal doen, bijvoorbeeld via StudyGO of Quizlet
> Je kunt 'flashcards' maken, met op de ene kant het Franse woord en op de achterkant de Nederlandse vertaling. Maak een stapel van de woorden die je kent en de woorden die je nog beter moet leren.