Een quiz over hoofdstuk 7 en 8 van Economie

De betalingsbalans is:
A
Een overzicht
B
Een overzicht van betalingen aan het buiteland
C
Een overzicht van betalingen
D
Een overzicht van betalingen uit binnen en buitenland
1 / 17
next
Slide 1: Quiz
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

De betalingsbalans is:
A
Een overzicht
B
Een overzicht van betalingen aan het buiteland
C
Een overzicht van betalingen
D
Een overzicht van betalingen uit binnen en buitenland

Slide 1 - Quiz

de exportquote is:
A
De uitvoerwaarde
B
de uitvoerwaarde als % van net nationaal inkomen
C
de invoerwaarde
D
Geld wat binnenkomt

Slide 2 - Quiz

De importquote is:
A
de totale invoerwaarde
B
de invoerwaarde als % van het nationaal inkomen
C
alles wat gekocht wordt in het buitenland
D
Het zakgeld wat je krijgt

Slide 3 - Quiz

een open Economie is:
A
Geen grenzen in dit land
B
Veel export
C
Veel import
D
Een land dat afhankelijk is van de import en export

Slide 4 - Quiz

Wat is wederuitvoer:
A
Goederen die binnenkomen in Nederland
B
Goederen die binnenkomen en gelijk weer verder gebracht worden.
C
goederen die verkocht worden aan het buitenland

Slide 5 - Quiz

De E.M.U is:
A
Landen met dezelfde munt
B
Landen met afspraken wat betreft het milieu
C
Landen met dezelfde taal

Slide 6 - Quiz

Monetaire betekend:
A
Allemaal dezelfde taal
B
Allemaal dezelfde soort auto
C
allemaal dezelfde muntsoort
D
Allemaal dezelfde verkeersregels

Slide 7 - Quiz

een interne markt is:
A
Markt in je woonhuis
B
Markt in Europa. Er zijn geen grenzen meer.
C
Markt in je bedrijf

Slide 8 - Quiz

In deze interne markt is vrij verkeer van:
A
Goederen/diensten/ personen kapitaal
B
We mogen overal heenrijden
C
We mogen overal vakantie houden
D
We mogen overal ons spaargeld opo de bank zetten

Slide 9 - Quiz

Een importquota is:
A
Maximaal aantal produkten invoeren
B
Maximaal aantal produkten uitvoeren

Slide 10 - Quiz

Waarom geeft de overheid exportsubsidie?
A
om lage prijzen te compenseren
B
Om te sparen voor moeilijke tijden
C
een extraatje van de regering

Slide 11 - Quiz

Invoerrechten zijn:
A
belastingen op de import
B
Belastingen op de export

Slide 12 - Quiz

Wat zijn protectiemaatregelen?
A
Overheid beschermt de eigen economie
B
de overheid beschermt de Economie van een ander land

Slide 13 - Quiz

De wereld is een dorp betekend = een ander woord voor globalisering
leg dit uit:
A
Wereldhandel via internet en communicatie
B
Alleen handel in Nederland

Slide 14 - Quiz

Internationale arbeidsverdeling is:
A
Elk land produceert waar hij goed en goedkoop in is.
B
Elk land produceert hetzelfde product

Slide 15 - Quiz

Internationale concurrentiepositie is:
A
goedkoper produceren dan andere landen
B
Sneller te kunnen produceren.
C
Beter en goedkoper te kunnen produceren dan andere landen

Slide 16 - Quiz

volgende quiz gaat over H8

Slide 17 - Slide