Prentenboek maken

Prentenboek maken
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Prentenboek maken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van de les kan je...
  • Individueel een prentenboek maken dat geschikt is voor kleuters.
  • Wat een prentenboek geschikt maakt voor kleuters en dit toepassen in je eigen boek.
  • Een boodschap met normen en waarden bedenken en deze verwerken in je prentenboek.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over het maken van een prentenboek?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Kenmerken van een prentenboek
  • Illustraties zijn even belangrijk als de tekst.
  • Gericht op jonge kinderen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Eisen voor het prentenboek
  • Minstens zes pagina's inclusief voor- en achterkant.
  • Tekst en illustraties op elke pagina.
  • Gekozen illustratiestijl of -techniek.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kladversie van het verhaal
  • Bedenken van de boodschap.
  • Schrijven van het verhaal.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verdeling van tekst en illustraties over de bladzijden
  • Duidelijke voor- en achterkant.
  • Tekst en illustraties op elke pagina.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vormgeving van illustraties
  • Gekozen illustratiestijl of -techniek.
  • Duidelijke boodschap.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie en feedback
  • Feedback ontvangen op het gemaakte prentenboek.
  • Evalueren van het proces en het eindproduct.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Prentenboek maken - Definitielijst
  • Prentenboek: Een boek waarbij de illustraties een even belangrijke rol spelen als de tekst en dat meestal gericht is op jonge kinderen.
  • Belevingswereld: De wereld zoals die door een individu, in dit geval een kleuter, wordt ervaren en geïnterpreteerd.
  • Illustratiestijl of -techniek: De manier waarop de illustraties gemaakt zijn, bijvoorbeeld door te schilderen, tekenen of collages te maken.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.