Les 1 Juridische taal en woordenschat

Les Nederlands
Juridische en beroepsgerichte taal 
Wat heb je nodig?
Laptop
Pen en papier
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les Nederlands
Juridische en beroepsgerichte taal 
Wat heb je nodig?
Laptop
Pen en papier

Slide 1 - Slide

Lees het volgende artikel
Begrijp je de hele tekst?
Zijn er woorden onduidelijk?
Schrijf die woorden op.
We bespreken ze.

Duur 10 min

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Welke nieuwe juridische woorden heb je tot nu toe geleerd?

Slide 4 - Mind map

Welke strategie heb je gebruikt om ze te onthouden?

Slide 5 - Open question

Wat doe je in de rechtles om juridische taal en begrippen goed te begrijpen?

Slide 6 - Open question

kennis over taal (en onthouden)
Synoniemen zijn twee woorden die hetzelfde betekenen. Antoniemen zijn woorden die het tegengestelde betekenen. Homoniemen zijn woorden die twee betekenissen hebben.

Slide 7 - Slide

Wat is het synoniem voor het woord 'juridisch'. Noem er minstens 2

Slide 8 - Open question

Wat is het antoniem van het woord:
'oud'. Noem er minstens 3

Slide 9 - Open question

Zoek zelf minstens 3 homoniemen op.

Slide 10 - Open question

Juridische woordenschat uitbreiden
Tips? Suggesties?
Wat zou je helpen?

Slide 11 - Slide

Een jurist heeft alleen maar taal..
Bijna alle juridische termen kun je maar op 1 manier uitleggen.

Bijvoorbeeld:
Mediation = bemiddeling bij conflicten
Noodweer = Zich verweren tegen geweld
Vermogen = optelsom van schulden en bezittingen

Slide 12 - Slide

Wat betekent 'zetel' in de rechtspraak
A
Een stoel
B
plaats van vestiging van de rechtbank
C
plaats van vestiging van een rechtspersoon

Slide 13 - Quiz

Wat betekent 'recidive' in de rechtspraak?
A
Nogmaals een strafbaar feit plegen
B
Niet verschijnen op een rechtzaak
C
Verwijzen naar een vorig strafbaar feit

Slide 14 - Quiz

Wat is een pleidooi?

Slide 15 - Mind map

Wat is een kort geding?

Slide 16 - Mind map

De groepsopdracht
Ga naar rechtspraak.nl/begrippen
Zoek 6 juridische termen uit die jullie groepje gaat uitleggen en presenteren.
Wat: uitleg per term, met plaatje en achtergrondinformatie
Wanneer: volgende week 
Duur: 10 minuten

Slide 17 - Slide

vorm een groepje (10 min)
Voorwaarden: 
minimaal 3 en maximaal 4 klasgenoten

Slide 18 - Slide

Detentie=gevangenhouding

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Handige site om te gebruiken
rechtspraak.nl
rijksoverheid.nl/onderwerpen
https://www.das.nl/juridische-informatie/alles-over-het-recht-in-nederland/verschillende-soorten-recht


Slide 21 - Slide