In deze les herhalen we alle stof die we hebben behandeld in de afgelopen weken. De volgende slides zullen voornamelijk uit opdrachten bestaan. Probeer deze te beantwoorden zonder je boek . Zo kan je goed controleren of je de stof begrepen hebt.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Afsluiting hoofdstuk 5
In deze les herhalen we alle stof die we hebben behandeld in de afgelopen weken. De volgende slides zullen voornamelijk uit opdrachten bestaan. Probeer deze te beantwoorden zonder je boek . Zo kan je goed controleren of je de stof begrepen hebt.
Slide 1 - Slide
Herhaling 5.1: De kerk valt uiteen
Slide 2 - Slide
Wie van de onderstaande personen was een belangrijke hervormer?
A
Karel V
B
Luther
C
Columbus
D
Vasco da Gama
Slide 3 - Quiz
De ...1... was in de tijd van ...2... de baas over alle ...3... . Hij was een ...4... man. Hij liet een grote ...5... bouwen, maar had daarvoor nog niet voldoende geld.
Zet de woorden op de juiste plek.
christenen
kerk
machtig
ontdekkers en hervormers
paus
Slide 4 - Drag question
Noem twee dingen waarop Luther kritiek had.
Slide 5 - Open question
Herhaling 5.2: De Nederlandse Opstand
Slide 6 - Slide
In welk jaar start de Nederlandse Opstand?
A
1566
B
1568
Slide 7 - Quiz
De leider van de Nederlandse Opstand was...
A
Jan Pieterszoon Coen
B
Maurits van Oranje
C
Johan de Witt
D
Willem van Oranje
Slide 8 - Quiz
Wat is geen oorzaak van de Nederlandse opstand?
A
Nederlandse burgers willen stemrecht.
B
Er is honger in de Nederlanden.
C
De adel heeft minder macht.
D
Ketter vervolgingen.
Slide 9 - Quiz
Zet de gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde.
1. Edelen vragen om minder vervolging van de protestanten
2. Willem van Oranje vlucht
3. Alva wordt de nieuwe landvoogd
4. Alva wil beeldenstormers en edelen bestraffen
5. Willem van Oranje valt de legers van Alva aan
6. Meer hagenpreken
7. Filips II is woedend
8. Beeldenstorm
9. Filips II stuurt Alva met een leger naar de Nederlanden
Slide 10 - Drag question
Herhaling 5.3: Nederland migratieland
Slide 11 - Slide
Doordat het slecht ging in de zuidelijke Nederlanden vluchten veel mensen naar het Noorden. Welk gevolg had dit voor de Republiek?
A
Er ontstond overbevolking en armoede omdat er zoveel mensen kwamen wonen
B
Er ontstonden ruzies tussen katholieken en protestanten
C
De immigranten namen kennis mee van handel en nijverheid waar de Republiek van voordeel van had.
D
Doordat er meer arbeiders kwamen kon er meer geproduceerd worden
Slide 12 - Quiz
Leg het verschil uit tussen gewetensvrijheid en godsdienstvrijheid.
Slide 13 - Open question
Herhaling 5.4: De ontdekkingsreizen
Slide 14 - Slide
Wat betekent het begrip "ontdekkingsreizen"?
A
Gebied buiten het eigen land dat is veroverd en wordt bestuurd door het moederland.
B
Reizen naar gebieden die tot dan toe onbekend zijn.
C
Een christen die vindt dat de paus in Rome de leiding heeft over de kerk
D
Een christen die zich aansluit bij een hervormer, zoals Luther of Calvijn.
Slide 15 - Quiz
Welke Europees land was het eerst met ontdekkingsreizen?
A
Spanje
B
Portugal
C
Italië
Slide 16 - Quiz
Wat was de belangrijkste oorzaak van de ontdekkingsreizen?
A
Nieuwe gebieden ontdekking
B
Op avontuur gaan
C
Handelen met indianen
D
Macht en rijkdom
Slide 17 - Quiz
Hoe noemen we de handel die hier afgebeeld is.
A
ruilhandel
B
Koloniseren
C
Economische handel
D
driehoekshandel
Slide 18 - Quiz
Dit was het voor dit hoofdstuk. Als je nog vragen hebt dan mag je altijd mailen. Verder wensen wij jullie een hele fijne vakantie.