What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4TLfa - wo. 27/9/2023
4TL - wo. 27/9/2023
1) - is iedereen er?
2) Gele Woordjes!
3) N'oublie pas: de mondelingen starten deze week!
4)
D-toets
Werkwoorden
5) (H) bron
D: Phrases-clés
6) Taakwerk
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
This lesson contains
35 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
4TL - wo. 27/9/2023
1) - is iedereen er?
2) Gele Woordjes!
3) N'oublie pas: de mondelingen starten deze week!
4)
D-toets
Werkwoorden
5) (H) bron
D: Phrases-clés
6) Taakwerk
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Gele
woordjes
quel
= welk(e)
aujourd'hui
= vandaag
tant mieux = beter
jour préféré = lievelingsdag
Winnie, welke dag is het vandaag? Het is vandaag. Ah: des te beter! dat is mijn lievelingsdag!
Slide 3 - Slide
Schema voor de stukjes mondeling:
Fiche d'identité
1e onderdeel :
Toi et ta famille
do. 28/9:
Kayleigh
di. 3/10:
Giel
do. 5/10:
Nynke
di. 10/10:
Meike
do. 12/10:
Cloëy
di. 17/10:
Sil
do. 19/10:
Naomi
di. 31/10:
Lara
do. 2/11:
Eloy
Slide 4 - Slide
Voca Verbes - 4TL
de belangrijkste
veel - voorkomende werkwoorden
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Regelmatige werkwoorden op -er
Slide 10 - Slide
Regelmatige werkwoorden op -er
de uitgangen
je parl
e
tu parl
es
il
parl
e
nous parl
ons
vous parl
ez
ils parl
ent
Slide 11 - Slide
trouver
chercher
gagner
aider
demander
habiter
manger
acheter
frapper
tomber
travailler
rester
aimer
rencontrer
commencer
vinden
zoeken
verdienen
helpen
vragen
wonen
eten
kopen
slaan
vallen
werken
blijven
houden van
ontmoeten
beginnen
Slide 12 - Drag question
fermer
écouter
nettoyer
soigner
pleurer
passer
détester
sluiten
luisteren
schoonmaken
verzorgen
huilen
doorbrengen
haten, verafschuwen
Slide 13 - Drag question
Regelmatige werkwoorden op -ir
Slide 14 - Slide
Regelmatige werkwoorden op -ir
de uitgangen
je fin
is
tu fin
is
il fin
it
nous fin
issons
vous fin
issez
ils fin
issent
Slide 15 - Slide
finir
choisir
rougir
réussir
punir
obéir
eindigen
kiezen
rood worden, blozen
slagen
straffen
gehoorzamen
Slide 16 - Drag question
Regelmatige werkwoorden op -re
Slide 17 - Slide
Regelmatige werkwoorden op -re
de uitgangen
je vend
s
tu vend
s
il vend
nous vend
ons
vous vend
ez
ils vend
ent
Slide 18 - Slide
rendre
répondre
attendre
entendre
vendre
perdre
descendre
teruggeven
antwoorden
wachten
verkopen
verliezen
horen
naar beneden gaan, uitstappen
Slide 19 - Drag question
Wederkerende werkwoorden
Slide 20 - Slide
wederkerende werkwoorden - de persoonlijke vnw.
je me
lave
tu te
laves
il / elle / on se
lave
nous nous
lavons
vous vous
lavez
ils / elles se
lavent
Slide 21 - Slide
s' occuper de
s'ennuyer
se débrouiller
s'appeler
s'endormir
se moquer de
zich bezig houden met
zich vervelen
zich redden
heten
inslapen
uitlachen
Slide 22 - Drag question
se laver
se reposer
se lever
se sauver
zich wassen
uitrusten
opstaan
(zich) redden
Slide 23 - Drag question
Werkwoorden met
faire
Slide 24 - Slide
faire
je fais
tu fais
il fait
on fait
nous faisons
vous faites
ils font
elle fait
elles font
doen / maken
ik doe
jij doet
hij doet
men doet
wij doen
jullie doen / u doet
zij (mnl) doen
zij (vrl) doen
zij doet
Slide 25 - Drag question
faire la vaisselle
faire les courses
faire le ménage
faire des études
faire la lessive
faire du vélo
afwassen
boodschappen doen
het huishouden doen
studeren
fietsen
wassen
Slide 26 - Drag question
Onregelmatige werkwoorden
Slide 27 - Slide
dire
vouloir
aller
faire
prendre
être
pouvoir
zeggen
willen
gaan
doen / maken
nemen
zijn
kunnen
Slide 28 - Drag question
vouloir
lire
avoir
voir
avoir besoin de
savoir
vivre
willen
lezen
zien
hebben
nodig hebben
kennen
leven
Slide 29 - Drag question
venir
rire
mettre
revenir
devoir
il faut
komen
lachen
zetten, leggen, aandoen
terugkomen
moeten
je / men moet
Slide 30 - Drag question
prendre
apprendre
comprendre
nemen
leren
begrijpen
Slide 31 - Drag question
welke werkwoorden deed je nog fout?
Slide 32 - Open question
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Taakwerk week 39:
maken:
-
Hfd. 9
: opdr. E19 t/m 21 en F22 t/m 25
leren:
-
V
oca A, B, E
: fn/nf
-
Phrases-clés
: bron
C
-
Gramma
: Bron
D
: de
ww op -er, -ir, -re
: fn/nf
Slide 35 - Slide
More lessons like this
klas 4TL Vocabulaire - Veel voorkomende werkwoorden
February 2023
- Lesson with
24 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
4TLfa - di. 17/10/2023
October 2022
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
4TLfa - do. 28/9/2023
September 2023
- Lesson with
10 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
4HV - di. 7.11.2023
November 2023
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4HV - di. 7.11.2023
2 days ago
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
klas 4TL Vocabulaire - Veel voorkomende werkwoorden
October 2022
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
3TLfa - di. 7/2/2023
February 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
4TLfa - vr.. 6/9/2024 en di. 10/9/2024
September 2023
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4