Semana 16 Unidad 5 Lección 1 les 1

1 / 25
next
Slide 1: Slide
SpaansWOStudiejaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Necesitas el portátil (laptop) om de les te starten via LessonUp, la libreta (schrift), el libro (het boek)

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Unidad 5 "Mi barrio"
Aan het einde van deze les ben je in staat om...
  • Het vertellen over je stad en je buurt.

Slide 3 - Slide

una calle - een straat
una plaza - een plein

Slide 4 - Slide

una panadería - een bakkerij
una piscina - een zwembad

Slide 5 - Slide

una oficina de correos - een postkantoor
un ayuntamiento - een Gemeentehuis

Slide 6 - Slide

Gebruik van hay, no hay... ¿Qué hay en tu barrio?

Slide 7 - Slide

¿Qué hay en tu barrio?
En mi barrio (no) hay ...

Slide 8 - Slide

Mi barrio
¿Qué hay en tu barrio? En mi barrio hay
  • Mi barrio está en Amsterdam = bevindt zich
  • En mi barrio hay un hotel = er is
  • En mi barrio no hay un museo = er is geen

Slide 9 - Slide

Vocabulario.
Dit is het centrum van een typische wijk in een Spaanse stad. Zoek de volgende elementen op de afbeelding.

Slide 10 - Slide

en mi barrio 
timer
1:00
hay una estación de metro
hay una panadería
hay un gimnasio
Hay una escuela
Hay una piscina

Slide 11 - Drag question

En mi barrio no ______ un teatro.
A
no
B
es
C
está
D
hay

Slide 12 - Quiz

Instructie interactief Werkblad
1. Schrijft in elke vakje, de namen in het Spaans van de openbare plaatsen!
2. Als je klaar bent, druk op ¡terminado! abajo (beneden)
3. Om je antwoord te controleren, druk op "COMPROBAR MI RESPUESTA"


timer
8:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Mi barrio
Yo vivo en la calle... que está en Hamont-Achel, Bélgica. En mi barrio no hay muchos supermercados  y restaurantes. Mi barrio está cerca de la iglesia. Mi barrio es muy tranquilo y limpio. En mi barrio no hay ninguna universidad pero hay escuelas.

Slide 15 - Slide

Verbos estar-hay
Estar=Zich bevinden
hay=Er is/zijn

Ejemplos: 
Mi barrio está en Ámsterdam.
En mi barrio  hay  muchos restaurantes.

Slide 16 - Slide


Ahora describe tu barrio.
Beschrijf je wijk. Gebruik de werkwoorden ser, estar en hay
timer
10:00

Slide 17 - Open question

¿Hay muchos supermercados en tu barrio?
A
no es muchos supermercados
B
hay no supermercados
C
sí, hay muchos supermercados
D
hay mucho pocos

Slide 18 - Quiz

1. ¿EN TU PUEBLO _____ UNA BIBLIOTECA?
A
HAY
B
ESTÁ
C
ES

Slide 19 - Quiz

Je bent de burgemeester van je nieuwe barrio

ontwerp je barrio met dat wat je belangrijk vindt.

Optie 2: teken je eigen barrio
 
timer
5:00

Slide 20 - Slide

¿qué hay en tu barrio?

Slide 21 - Mind map

el pueblo
A
de stad
B
het dorp
C
de wijk
D
de straat

Slide 22 - Quiz

Kies het juiste lidwoord:
... pueblo
A
la
B
el
C
los
D
las

Slide 23 - Quiz

¿Qué tal la clase?
A
muy bien
B
bien
C
regular
D
mal

Slide 24 - Quiz

Wat ik nog moeilijk vind is...
Wat ik vandaag heb geleerd is...
Wat ik al goed kan is...
Wat ik met de lesstof kan doen is...
Mijn leerdoel van deze les was...




Slide 25 - Mind map