Les 3. Hf.3

Aan 't werk in de winkel
1 / 29
next
Slide 1: Slide
VerkooppraktijkPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Aan 't werk in de winkel

Slide 1 - Slide

Voorraad
Elke winkel heeft artikelen in de winkel zelf. Maar ook in het magazijn: de voorraad. Om deze aan te vullen bestelt de winkel artikelen bij een leverancier of groothandel.

Slide 2 - Slide

Lossen
Lossen is het uit de vrachtwagen halen van de goederen. Er moeten genoeg mensen, ruimte, tijd en transportmiddelen aanwezig zijn. 

Verder zorg je dat retourgoederen en emballage vast klaar staan voor de leverancier. 

Slide 3 - Slide

Retourgoederen


Retourgoederen zijn goederen die verkeerd bezorgd of die niet aan de eisen van de winkelier voldoen. Bijvoorbeeld omdat ze anders zijn dan wat de winkelier heeft besteld. Of omdat ze kapot zijn. Of omdat de kwaliteit niet goed is. 

Slide 4 - Slide

Emballage


Emballage is verpakkingsmateriaal waarop statiegeld zit. Bijvoorbeeld de bakken waar planten in geleverd worden, pallets, rolcontainers of kledingrekken. 

Slide 5 - Slide

Laadklep
Zware goederen in en uitladen
Laadkar
Handig om veel tegelijk te vervoeren

Slide 6 - Slide

Roll-in
Voorkant open en zo het koelvak in
Dolly of
meubelhondje

Slide 7 - Slide

Steekwagen
Ook voor meerdere dozen tegelijk
Rolcontainer
Werken veel winkels mee

Slide 8 - Slide

Pallet
Voor vervoer en opslag van goederen
Pompwagen
Om pallets mee te vervoeren

Slide 9 - Slide

Colli
Colli zijn alle dozen of andere verpakkingseenheden waarin artikelen worden vervoerd. Je hebt het over 1 collo (enkelvoud) en meerdere colli (meervoud). 
Bij een aantal artikelen in 1 doos, heb je het over collo. Zijn er meer van die dozen, dan zijn er dus meerdere colli. 


Slide 10 - Slide

Kwantitatieve  controle
Je controleert de levering aan de hand van de vrachtbrief. Deze controle heet de kwantitatieve controle. 
Kwantitatief is een ander woord voor hoeveelheid of aantal.
De kwantitatieve controle bestaat dan ook uit het tellen van het aantal binnengekomen colli. 
  Het aantal geleverde goederen moet kloppen met het aantal bestelde goederen. 
De chauffeur mag pas vertrekken als deze controle is gedaan en als je leidinggevende de vrachtbrief heeft ondertekend neemt hij die mee. 

Slide 11 - Slide

Kwalitatieve controle
Na het sorteren kijk je naar de kwaliteit van de goederen. 
Met de kwaliteit bedoelen we de staat van de goederen. 
Je kijkt of de goederen niet zijn beschadigd. En of de juiste goederen zijn geleverd. 

Controleer je de binnengekomen goederen niet goed dan kan er derving ontstaan. 
Derving is verlies als artikelen kapotgaan, bederven, worden gestolen of op een andere manier zoekraken. 

Slide 12 - Slide

Vrachtbrief 

Op een vrachtbrief staat; 
- adres van dr winkelier en de leverancier

- aantal geleverde colli

- wie het vervoer moet betalen (de vrachtkosten)


Slide 13 - Slide

Sorteren
Sorteren wil zeggen dat je de artikelen bij elkaar zet;
* die hetzelfde zijn en op dezelfde plaats in het magazijn moeten liggen
* die op dezelfde afdeling in de winkel liggen
* die niet meer te verkopen zijn, bijvoorbeeld door bederf of beschadiging.

Slide 14 - Slide

Pakbon
Op een pakbon staat;
* Artikelcode
* Omschrijving van het artikel
* Aantal van elk artikel
* Afzender 
* Ontvanger

Klopt er iets niet? Veel winkels geven dat aan door een correctielijst.

Slide 15 - Slide

De verpakking waarin de consument (klant) een artikel koopt heet consumentenverpakking. Deze verpakking maakt het artikel voor de klant herkenbaar en aantrekkelijk. Het artikel verkoopt dan beter. 

Slide 16 - Slide

Behandelingsetiket
Let altijd goed op deze pictogrammen. Een pictogram is een afbeelding of symbool. De pictogrammen op een verpakking geven aanwijzingen hoe je moet omgaan met dit artikel. Sommige artikelen kunnen niet tegen de zon, andere zijn breekbaar. Vaak staan de pictogrammen op een etiket. 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Gevarenetiket
Een gevarenetiket waarschuwt je voor gevaren. Sommige goederen bevatten stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid van de mens. Deze goederen zijn verplicht voorzien van een gevarenetiket.

Slide 21 - Slide

Veilig werken
In een winkel met je vaak artikelen optillen, dragen, stapelen en/of verplaatsen. Om je daarbij te helpen zijn er hulpmiddelen, zoals de steekwagen. Maar soms moet je toch echt zelf doen. Dan is een goede lichaamshouding heel belangrijk. 
Veel tillen is slecht voor je rug en nek. Zorg er dus goed voor dat je op de goede manier tilt. Zo heb je minder kans op lichamelijke klachten. 

Slide 22 - Slide

Tips voor het tillen van artikelen
- Ga recht voor het artikel staan en plaats je voeten iets uit elkaar.
- Zak door je knieën en buig zo min mogelijk naar voren.
- Houd je rug recht en trek je buikspieren aan.
- Pak het artikel met beide handen vast.
- Kom met een rechte rug weer overeind.
- Til niet boven je hoofd.
- Voorkom dat je omvalt en je bezeert, of dat je 'door je rug' gaat.
- Gebruik een trapje als je ergens niet goed bij kunt. 

Slide 23 - Slide

Tips voor het dragen van artikelen
* Houd het artikel zo dicht mogelijk tegen je lichaam aan.
* Draag het artikel met gestrekte, hangende armen.
* Draai je rug niet tijdens het dragen.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Arbeidsomstandighedenwet
De Arbowet bepaalt waaraan een werkgever zich moet houden en welke arbeidsomstandigheden hij zijn werknemers moet bieden. Volgens de overheid heb je als werknemer recht op goede arbeidsomstandigheden. Dat houdt in dat je op een veilige, gezonde en prettige manier moet kunnen werken.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Veilig werken betekent vakkundig werken
* Je maakt, als dat nodig is, op de juiste manier gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
* Je tilt op een juiste, veilige manier en gebruikt, als dat nodig is, transportmiddelen. 
* Je herkent onveilige situaties, weet hoe je in dit soort situaties moet handelen en meldt ze altijd aan je leidinggevende. 
* Je maakt de werkplek veilig en op de juiste manier schoon. 
* Je gaat veilig om met levensmiddelen en controleert apparatuur. 

Slide 28 - Slide

Voedselveiligheid
Verantwoord omgaan met levensmiddelen (eten) zorgt ervoor dat voedsel gezond is. Voedselveiligheid wil zeggen dat het betreffende voedsel geen gevaar voor de gezondheid oplevert. Het winkelpersoneel kan daarvoor zorgen door op een verantwoorde manier met voedselmiddelen om te gaan. Om voedselverontreiniging te voorkomen, is elk bedrijf dat met levensmiddelen werkt verplicht een HACCP-analyse uit te voeren.  Zo moet je bijvoorbeeld de temperatuur van de koel- en vriescel regelmatig meten en opschrijven. En natuurlijk let je op de houdbaarheidsdatum van de levensmiddelen. 

Slide 29 - Slide