This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom
4 VWO | 2021-2022
Hoofdstuk 17
Investeringsanalyse
Slide 1 - Slide
Vandaag
De terugverdientijd berekenen.
Op basis van de berekende terugverdientijd een keuze maken tussen verschillende projecten.
Slide 2 - Slide
De cashflow is...
A
het verschil tussen opbrengsten en kosten van een investering
B
het verschil tussen ontvangsten en uitgaven van een investering
C
de brutowinst + afschrijvingskosten
D
de nettowinst -afschrijvingskosten
Slide 3 - Quiz
Terugverdientijd
De tijd waarin de investering zichzelf terug verdient op basis van de cashflows.
Je kunt concluderen op basis van de terugverdientijd of de investering aanvaardbaar is of niet.
Over het algemeen geldt: hoe korter hoe beter.
Slide 4 - Slide
De benodigde investering voor een bepaald project is € 850.000,-. Aan het einde van het 1e jaar wordt een positieve kasstroom verwacht van € 200.000,-. De 3 jaren erna van € 350.000,-. Het geld komt aan het eind van elke maand binnen. Wat is de terugverdientijd?
A
2 jaar en 9 maanden
B
2 jaar en 10 maanden
C
2 jaar en 11 maanden
D
3 jaar
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Terugverdientijd
Voordelen:
- Eenvoudige berekening
- Houdt rekening met onzekerheid van investering
Nadelen:
- Houdt geen rekening met interest
- Houdt geen rekening met verdeling cashflows over de perioden
- Houdt geen rekening met cashflows na de terugverdientijd
Slide 7 - Slide
Antwoord volgende dia
Slide 8 - Slide
Welke machine en waarom?
Slide 9 - Open question
Aan de slag
Maken 17.3 t/m 17.6
Nakijken
17.6 bespreken.
Slide 10 - Slide
Wat is een reden om m.b.v. de terugverdientijd naar een investering te kijken?