What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Deutsch Kompakt für Beginner
Deutsch für Beginner.
1 / 37
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
5 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Deutsch für Beginner.
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
De persoonlijke voornaamwoorden
Nederlands Duits
ik ich
jij du
hij er
zij (ev.) sie (ev.)
het es
wij wir
jullie ihr
zij (mv.) sie
u
S
ie
Slide 3 - Slide
'haben' en 'sein'
Dat zijn de werkwoorden hebben en zijn. Deze heb je in bijna iedere zin nodig.
Zeker voor zinnen met een voltooid deelwoord.
Slide 4 - Slide
haben en sein
Een beetje oefenen: maak de sleepvragen.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
het werkwoord haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben
Slide 7 - Drag question
Wat is juist? Maak de quizvragen!
het werkwoord "sein" = zijn
Das Verb "sein"
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Wat is de juiste vorm van sein?
Sie
A
seint
B
sein
C
sind
D
sint
Slide 10 - Quiz
sie (ev)
A
sind
B
ist
C
sein
D
hast
Slide 11 - Quiz
ihr
A
sind
B
seid
C
sein
D
sindet
Slide 12 - Quiz
du
A
bist
B
seid
C
ist
D
sied
Slide 13 - Quiz
Wir ............. 15 Jahre alt.
A
bin
B
sein
C
seid
D
sind
Slide 14 - Quiz
Ich ... 20 Jahre alt
A
ist
B
bin
C
sind
D
seid
Slide 15 - Quiz
Haben: ich
A
habe
B
hast
C
habt
Slide 16 - Quiz
Sein: du
A
bist
B
bin
C
sind
D
hast
Slide 17 - Quiz
haben: wir
A
habt
B
habe
C
haben
D
sind
Slide 18 - Quiz
sein: ihr
A
sind
B
seit
C
seid
D
ist
Slide 19 - Quiz
haben: ihr
A
haben
B
habt
C
habe
D
hast
Slide 20 - Quiz
sein: Sie
A
seid
B
ist
C
sind
D
war
Slide 21 - Quiz
haben: sie (mv)
A
habt
B
haben
C
hat
D
sind
Slide 22 - Quiz
0
Slide 23 - Video
Die Zahlen (de getallen)
1 tot 10
1 tot 20
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
Slide 26 - Video
Oefenen!
Slide 27 - Slide
Welke getallen in het Duits hoor je? Klik op het icoontje en daarna op de juiste antwoorden.
timer
0:20
A
15
B
19
C
10
D
7
Slide 28 - Quiz
Welke getallen in het Duits hoor je? Klik op het icoontje rechts en daarna op de juiste antwoorden.
timer
0:20
A
15
B
17
C
20
D
4
Slide 29 - Quiz
Schrijf het getal 1 in het Duits!
Slide 30 - Open question
Schrijf het getal 8 in het Duits!
Slide 31 - Open question
Schrijf het getal 10 in het Duits!
Slide 32 - Open question
Schrijf het getal 2 in het Duits!
Slide 33 - Open question
Schrijf het getal 3 in het Duits!
Slide 34 - Open question
Schrijf het getal 11 in het Duits!
Slide 35 - Open question
Schrijf het getal 14 in het Duits!
Slide 36 - Open question
Slide 37 - Video
More lessons like this
Getallen en bezittelijk voornaamwoord - klas 2
January 2024
- Lesson with
23 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Kap. 1 - H3: PW-stof 2024
September 2024
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Haben und sein
May 2023
- Lesson with
36 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2
haben/sein + pers.vnw
November 2019
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
sein + haben t.t.
August 2024
- Lesson with
19 slides
Haben und sein
January 2023
- Lesson with
25 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
Les 5: K1 - haben & sein
September 2020
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
3T Grammatik K1
November 2023
- Lesson with
34 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3