5V 3.4 Verkiezingen

3.4 Verkiezingen
3.4 Verkiezingen
Lesboek bladzijdes 106 t/m 111
1 / 51
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

This lesson contains 51 slides, with text slides and 9 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

3.4 Verkiezingen
3.4 Verkiezingen
Lesboek bladzijdes 106 t/m 111

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Slide 3 - Video

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Leerdoelen 
  • Je kan uitleggen voor welke bestuursorganen er verkiezingen zijn 
  • Je kan de kiesdeler berekenen
  • Je kan het verschil uitleggen tussen het stelsel van evenredige vertegenwoordiging en het districtenstelsel  

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Waarvoor verkiezingen? 
Voor welke bestuursorganen zijn er verkiezingen?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Referendum

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Tweede Kamer - elke 4 jaar 
maart 2027

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Europees Parlement - elke 5 jaar 
juni 2024

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Gemeenteraad - elke 4 jaar
maart 2026 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Provinciale staten
Elke 4 jaar 
maart 2027

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Eerste Kamer 
Gekozen door de Provinciale Staten-leden
Dus niet apart voor naar de stembus
Getrapte verkiezingen 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waterschappen
Tegelijkertijd met Provinciale Staten

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Voorwaarden

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Mag de koning stemmen?

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Verkiezingscampagnes 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Campagnes op straat 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

TV-debatten

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Posters langs de wegen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Reclamespots 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions

Opiniepeilingen 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Verkiezingsretoriek 
Framing 

Politieke partijen en politici doen tijdens verkiezingstijd en daarbuiten hun uiterste best om de kiezer te overtuigen. Dit doen zij niet alleen door hun plannen te vertellen, maar ook door een bepaald beeld van hun partij of van zichzelf te creëren.

Gevoelens oproepen - positief en negatief 



Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Verkiezingsretoriek - 2 
Als een partij aan ‘framing’ doet, gaat het hen er eigenlijk niet om wat er gebeurt of wat er letterlijk in het bericht staat. Ze posten dat alleen om jouw mening te beïnvloeden. Wat iedere partij dan zegt, hoeft dus niet de waarheid te zijn 


Het gaat er hen dus vooral om hoe het op jou als (toekomstige) kiezer overkomt en wat jij daarvan vindt.

Pure marketing


Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Video

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

Esther Ouwehand
Thiery Baudet
Stephan van Baarle
Geert Wilders
Caroline van der Plas
Frans Timmermans
Henri Bontenbal
Lilian Marijnissen
Chris Stoffer
Rob Jetten
Mirjam Bikker 
Dilan Yesilgöz
Joost Eerdmans
Edson Olf
Laurens Dassen
Pieter Omtzigt






Actief kiesrecht 
Vrije en geheime verkiezingen
Passief kiesrecht 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Hoe werkt stemmen?

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Video

This item has no instructions

Kiesstelsel 
Nu in Nederland: evenredige vertegenwoordiging
Tegenovergestelde: districtenstelsel of meerderheidsstelsel

Bij EV zijn alle stemmen evenveel waard 

Elke partij krijgt het aantal zetels dat in verhouding is met het totaal aantal uitgebrachte stemmen

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Zetels berekenen 
Kiesdeler: aantal stemmen dat je nodig hebt voor 1 zetel.

Kiesdeler = Aantal uitgebrachte stemmen : aantal zetels
Voorbeeld: 9.500.000 stemmen : 150 = 63333

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Opkomst 2023 
De Kiesraad stelde op 1 december en 4 december 2023 de officiële uitslag van de Tweede Kamerverkiezing vast. Het opkomstpercentage was 77,7%. Van de 13.473.750 kiesgerechtigden brachten 10.475.203 hun stem uit. Van de 26 partijen die deelnamen aan de verkiezing, kregen 15 partijen voldoende stemmen voor een zetel in de Tweede Kamer.

Bron: https://www.kiesraad.nl/actueel/nieuws/2023/12/01/kiesraad-stelt-uitslag-tweede-kamerverkiezing-22-november-2023-vast

Bereken de kiesdeler 


Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Kiesdrempel 
Een partij moet een minimumpercentage stemmen halen om zetels te kunnen krijgen

Voorbeelden van landen met een kiesdrempel: Duitsland (5%),
Oostenrijk (4%), Zweden (4%) en Turkije (10%).

Waarom zouden landen dit doen? Voor- en nadelen?



Slide 42 - Slide

This item has no instructions

2021

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Districtenstelsel/meerderheidsstelsel

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

The winner takes it all 

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Video

This item has no instructions

Gerrymandering
Grenzen verschuiven van de districten 

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Bron
https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/nederland/artikel/5195536/verenigde-staten-amerika-nederland-kiesmannen-verkiezingen

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk 
Lezen van paragraaf 3.4 Verkiezingen, de bladzijdes 106, 107, 108 en 109 t/m stemmen op een persoon. De rest van de paragraaf hoef je nu nog niet te lezen 

Maken van paragraaf 3.4 in je digitale werkboek vraag 3, 4, 7 en 10  

Slide 51 - Slide

This item has no instructions