Verantwoordingsgesprek en verantwoordingsverslag

Verantwoordingsverslag/gesprek
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Verantwoordingsverslag/gesprek

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
  • Je begrijpt de bedoeling van een verantwoordingsgesprek/verslag
  • Je deelt in groepjes wanneer jij je hebt moeten verantwoorden op stage en of dit goed ging of juist niet.
  • Je weet waarom reflecteren hierbij nuttig kan zijn
  • Je werkt aan de voorbereiding van je verantwoordingsgesprek




Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Ik ben in de BPV al begonnen met de eindopdracht
Ja
Nee

Slide 4 - Poll

Deze vragen heb ik bij de eindopdracht:

Slide 5 - Open question

Als ik weet dat ik een verantwoordingsverslag moet schrijven staat mijn gezicht zo:
šŸ˜’šŸ™šŸ˜šŸ™‚šŸ˜ƒ

Slide 6 - Poll

Wat vind jij moeilijk/vervelend aan het schrijven van een verantwoordingsverslag?

Slide 7 - Mind map

Verantwoorden...
- doe je als verzorgende continue.
- laat zien waarom je bepaalde keuzes hebt gemaakt.
- laat zien dat je snapt waarom je doet wat je doet.
- Je leert er van: Wat ging er goed & wat kan er beter?
- Nodig voor je examens!

Slide 8 - Slide

Verslagleggen
Door uit te leggen hoe en waarom je iets gedaan hebt bewijs je dat met zorg en toewijding gewerkt hebt aan. 

Handelen kan een kunstje zijn. 
Belangrijk is: kun je uitleggen hoe en waarom je hebt gehandeld?
Intenties worden duidelijk. 
Reflecteren.

Bouw een verslag op op basis van criteria.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Vragen die je daarbij kunnen helpen:
Welke keuzes heb je gemaakt? Met welke bedoeling heb je zo gehandeld?
Wat is daarin belangrijk?
Welke afweging heb je gemaakt?
Wat zegt het protocol/ het plan over deze situatie?
Welke afspraken zijn in het team gemaakt over deze situatie?
Welke theorie uit de lessen heb je toegepast in deze situatie?
Welke visie heeft de instelling  hierop?
Welke analyse heb je gemaakt in deze situatie?
Welke conclusie(s) heb je getrokken?
Welke oplossingen of verbetervoorstellen heb jij gegeven?
Wat maakt dat je hiervoor gekozen hebt?

Slide 11 - Slide

Bespreek in groepjes de volgende vragen
  • Wat voor momenten hebben jullie jezelf moeten verantwoorden op werk?
  • Hoe ging dit? 
  • Naar wie hebben jullie verantwoording af moeten leggen en waarover?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

S=situatie
Beschrijf de situatie
Wat moest je doen (de criteria/opdracht)
Wie waren er bij betrokken
Zo beschrijven dat iemand die er niet bij was snapt wat de situatie was
In de opdracht:
Ik moest met de cliƫnten en diens naasten overleggen om aan te kunnen sluiten op hun mogelijkheden en behoeften en de cliƫnten motiveren om uitdagingen aan te gaan.

Slide 14 - Slide

T=taak/rol
Wat is jouw taak?
Wat is jouw rol of verantwoordelijkheid?
Wat is jouw doel?
Per criteria concreet beschrijven
In de opdracht:
Mijn taak was het om  met de cliĆ«nt en de naastbetrokkenen de gegeven zorg te evalueren, om te overleggen over de zorgdoelen. Om samen in het zorgplan  te checken of de zorgdoelen nog van toepassing waren of dat deze bijgesteld moesten worden. 



Slide 15 - Slide

R= Resultaat
Wat is het resultaat van jouw handelen?
Per criteria beschrijven

Slide 16 - Slide

K= keuzes
  • Beschrijf per criteria welke keuzes je hebt gemaakt
  • Beschrijf waarom je die keuze hebt gemaakt; onderbouwing
  • Het kan zijn dat je om een bepaalde reden van een protocol af hebt geweken  onderbouw dan waarom je dat hebt gedaan
  • Hierbij kijk je ook terug op je gemaakte plan van aanpak; daarin beschrijf je eigenlijk alle voorgaande punten (hoe was je van plan het te aanpakken)
  • Achteraf kun je terugkijken op wat er wel of niet anders is gegaan (keuzes) en waarom (verantwoording)



Slide 17 - Slide

Reflecteren

Slide 18 - Slide

Doel van reflecteren
Je schrijft een reflectieverslag om je bewust te worden van je eigen gedrag en zo te begrijpen hoe je jezelf kunt verbeteren.


 Door te reflecteren op je handelen, leer je je sterke en zwakke kanten beter kennen en kun je jouw professionaliteit vergroten.

Slide 19 - Slide

STARR

Slide 20 - Slide

TIPS
  • Stel jezelf open vragen.
  • Stel oordelen over jezelf uit, kijk eerst wat er gebeurde voor dat je hier een waarde aan geeft.
  • Reflecteer niet alleen op probleemsituaties maar ook op succeservaringen.
  • Gebruik feedback van anderen om vanuit dat gezichtspunt te reflecteren.
  • Reflecteer regelmatig.

Slide 21 - Slide

Reflecteren kan op veel manieren!
Kijk naar het volgend filmpje van Jochum Meijer waarin hij reflecteert op zijn handelen.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Lesdoelen behaald?

Slide 24 - Slide

Vragen?

Slide 25 - Open question

Afspraken maken
- Wat hebben jullie nodig?
- Invulling laatste les?

Slide 26 - Slide

Volgende week
Oefenen

Slide 27 - Slide

Individueel


Werk verder aan jouw eigen verslag.

Er is ruimte voor (individuele) vragen. 



Slide 28 - Slide