Bi-4M-H7 .1 en 7.2

1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

7.1 Alles werkt samen
7.1 
Alles werkt samen

Slide 2 - Slide

Ademen en eten| 
EXAMEN LEERDOELEN
BI/K9/7​ 
Delen van het ademhalingsstelsel noemen, in afbeeldingen aanwijzen en functie(s)en werking​ 
beschrijven:​ 
*naam, ligging, bouw, werking en functie van delen van het ademhalingsstelsel, met name:​ 
– mondholte, neusholte en keel (met huig en strotklepje);​ 
– luchtpijp met kraakbeenringen, slijmvlies met trilharen;​ 
– bronchiën;​ 
– longblaasjes;​ ​ 
*verschillen tussen borst- en buikademhaling/ventilatiebewegingen door veranderingen van borstkas, middenrifspieren, buikspieren en tussenribspieren;​ ​ 
*functie van hoesten;​ 
voordelen van ademhalen via de neus in vergelijking met ademhaling via de mond;​ ​ 
*kwaliteit van ingeademde lucht i.v.m. astma, bronchitis, longemfyseem en hooikoorts.

Slide 3 - Slide

7.1  Leerdoelen
-Waaruit bestaat het lichaam​ 
-Hoe komen de cellen aan energie​ 
-Waardoor is er altijd voldoende glucose​ 
-Suikerziekte​ 
​ 

Slide 4 - Slide

7.1  Begrippenlijst
-cel-weefsel-orgaan-orgaanstelsel-organisme 
-Verbranding-glucose-zuurstof-koolstofdioxide-water-energie- uitscheidingsorganen
-glucose​ gehalte-insuline-glucagon-glycogeen- adrenaline-
-Suikerziekte​-diabetes 
​ 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Verbranding:

Glucose + zuurstof---->water+koolstofdioxide                                          +   ENERGIE

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Te veel glucose
door insuline
glucose wordt omgezet in glycogeen

Slide 10 - Slide

te weinig glucose
glycogeen wordt afgebroken en er ontstaat weer glucose




door glucagon


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

Aan de slag met 7.1:
Zie IL


Demo PO2 (blz 24 wb) koolstofdioxide in uitgeademde lucht.

Slide 15 - Slide

 7.2 Leerdoelen
-Bouw ademhalingsstelsel​ 
-Hoe haal je adem​ 
-Hoe komt zuurstof in je bloed​ 
-Gevolgen slecht werkende longen​ 
-Gevolgen roken

Slide 16 - Slide

7.2  Begrippenlijst
-luchtpijp-bronchiën-kraakbeenringen-luchtpijptakjes-longblaasje
-Rib/borst ademhaling-middenrif/buikademhaling-
-longblaasje-gaswisseling-astma-COPD-chronische bronchitis-longemfyseem
-Teer-nicotine-koolstofmono-oxide 
​ 

Slide 17 - Slide

7.1: Snap je

Alles werkt samen?

Slide 18 - Slide

Tot welk orgaanstelsel behoren je organen de longen?
A
Spijsverteringsstelsel
B
Hormoonstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Spierstelsel

Slide 19 - Quiz

Tot welk orgaanstelsel behoort je orgaan de maag?
A
Spijsverteringsstelsel
B
Hormoonstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Spierstelsel

Slide 20 - Quiz

Sleep de woorden naar het juiste vakje door van klein naar groot te gaan.
cel

weefsel
organisme
orgaan
orgaanstelsel

Slide 21 - Drag question

Welk hormoon produceer je als het glucosegehalte in je bloed te laag is?
A
Glucagon
B
Glycogeen
C
Insuline
D
Prolactine

Slide 22 - Quiz

Waar wordt insuline geproduceerd?
A
Hypofyse
B
Teelbal
C
Schildklier
D
Eilandjes van Langerhans

Slide 23 - Quiz

Welk hormoon produceert je alvleesklier na je ontbijt?
A
Insuline
B
glucagon
C
adrenaline
D
Is niet te zeggen

Slide 24 - Quiz

7.2 Ademen

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Longblaasjes:
Gaswisseling

Slide 28 - Slide

zuurstofarm
koolstofdioxide rijk
bloed
zuurstofrijk
 
koolstofdioxide     -arm
    bloed
lucht
bloed
Longblaasje

Slide 29 - Slide

Gaswisseling
De uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide 
Verloopt snel door: 
  • Groot oppervlak van longblaasjes
  • Wand van longblaasjes heel dun
  • Haarvaten rond longblaasjes 
hebben dunne wand

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

0

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Bekijk zelf het samenvattingsfilmpje over ademhaling 7.2

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Practicum 2: Koolstofdioxide in- en uitgeademde lucht (WB blz. 24)
In de gaswasfles zit een laagje helder kalkwater. 
Één buisje zit in de vloeistof (B)
Één buisje is eigenlijk geen buisje maar alleen een mondstuk (A)

  • Leerling 1 zuigt aan het mondstukje dat boven de vloeistof hangt:
     (Zuig aan A korte buis, deze hangt NIET in de vloeistof )
      > Maak practicum2 op blz. 24 in het bovenste deel van de tabel achter ingeademde lucht
Daarna:
  •  Leerling 2 blaast door het buisje dat in de vloeistof hangt (buisje B lange buis)
        > Noteer in de tabel uitgeademde lucht, noteer je waarneming en maak de conclusie.. 

    Zuig NIET aan B :(

    Slide 37 - Slide

    Aan de slag:
    Zie IL

    Slide 38 - Slide