Het debat verloopt als volgt:
1. De partijen gaan zich verdiepen in hun eigen standpunten. (10 min)
2. De partijen onderzoeken het wetsvoorstel wat voor licht en schrijven argumenten op. (5 min)
3. De partijen krijgen omstebeurt de beurt van de voorzitter de beurt om duidelijk te maken of ze voor of tegen zijn. Daarna geven ze verschillende argumenten waarom.
4. De partijen krijgen omstebeurt de beurt van de voorzitter om één andere partij te kiezen mee in debat te gaan.
5. De centristen krijgen vervolgens de beurt om kritische vragen te stellen aan de partijen.
6. Vervolgens stemmen de centristen hoofdelijk of ze voor of tegen zijn. De voorzitter laat weten of de wet is aangenomen of verworpen.