Test woordenschat en Spelling H1, 2 en 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Even oefenen?

Woordenschat en spelling H1, 2 en 3

Kies de juiste schrijfwijze:

1. antiaanbaklaag
2. anti-aanbaklaag

Kies de juiste schrijfwijze:

1. antiRussisch
2. anti-Russisch

Kies de juiste schrijfwijze:

1. adjunct-directeur
2. adjunctdirecteur

Kies de juiste schrijfwijze:

1. autoongeluk
2. auto-ongeluk

Kies de juiste schrijfwijze:

1. tv toestel
2. tv-toestel
3. tvtoestel

Kies de juiste schrijfwijze:

1. feestmutsen en -neuzen
2. -mutsen en feestneuzen
3. feestmutsen en neuzen

Kies de juiste schrijfwijze:

1. auto- en brievenbussen
2. autobussen en brievenbussen
3. autobussen en brieven-

Wat is de gebiedende wijs van: worden

1. word
2. wordt

Wat is de gebiedende wijs van: houden

1. houdt
2. houd

Welke beeldspraak?
De stoel zucht onder mijn gewicht.

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

Welke beeldspraak?
Hij kreeg rood van de scheidsrechter.

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

Welke beeldspraak?
Die ezel heeft het me weer niet gebeld.

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

Welke beeldspraak?
Wat een boom van een vent!

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

Welke beeldspraak?
Even de neuzen tellen!

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

Welke beeldspraak?
Zij werd zo rood als een kreeft.

1. metafoor
2. vergelijking
3. personificatie
4. metoniem

samenhangende

zuivering, verbetering, het op orde brengen

stelden voor (alsof); gaven de indruk of het idee

beslist, stellig

leus; zinspreuk; klemmend advies

suggereerden

per se

coherent

sanering

devies

sparen

hachelijke

zonder medelijden

laat zien

opvoeding

oppotten

educatie

penibele

meedogenloos

illustreert

Wat (word, tt) je toch rood!

1. word
2. wordt
3. wort

Als jij het papier (vastbinden, tt), dan houd ik het vast.

1. vastbindt
2. vastbind

Gisteren (mountainbiken) ik door de duinen.

1. mountainbikte
2. mountainbikde
3. mountainbikete
4. mountainbikede

Vorig week (deleten) wij het artikel, maar nu hebben we het nodig.

1. deleten
2. deleteten

Mijn moeder (leasen) deze auto al twee jaar.

1. least
2. leaset

In welke zin zit een voorzetseluitdrukking?

1. Ik kan woensdag niet leren vanwege mijn voetbalwedstrijd.
2. Ik houd enorm veel van friet en pizza.
3. Ik heb geen ervaring met oppassen.
4. Ik heb geleerd met behulp van wrts.

van

met

op

aan

voor

gek zijn...

aandacht schenken...

zich bewust zijn...

omgaan...

verantwoordelijk zijn...

Waar heb je nog vragen over?

De volgende les kun je nog vragen stellen. Bestudeer dus alvast de toetsstof en schrijf je vragen op!