Kun je regelmatige werkwoorden met de stam op -d/-t in de tegenwoordige tijd gebruiken.
Weet je hoe je het voltooid deelwoord van een regelmatig werkwoord met de stam op -d/-t moet vormen.
Slide 2 - Slide
Programma:
Huiswerk nakijken
Grammatica uitleg
Zelfstandig aan het werk
Slide 3 - Slide
Huiswerk nakijken
1. Maak in je boek van Kapitel 6, B
Aufg. 4, 5, 6, 7
2. Maak in je boek van Kapitel 6, C
Aufg. 8, 9
Slide 4 - Slide
Wat is een zwak/regelmatig werkwoord?
verleden tijd: geen klinkerverandering.
kun je volgens een vast patroon vervoegen.
Nederlandse zwakke werkwoorden zijn vrijwel altijd ook in het Duits zwak.voor het vervoegen van een werkwoord heb je de persoonlijke voornamenwoorden nodig
Slide 5 - Slide
De persoonlijke vnw in het Duits zijn:
ik = ich
jij = du
hij/zij/het = er/sie/es
wij = wir
jullie = ihr
zij/ u = sie/Sie
Slide 6 - Slide
Hoe krijg je de stam?
Hele werkwoord min en is de stam
de -en of -n weg te laten
Voorbeelden:
wohnen - en = wohn
spielen - en = spiel
kommen - en = komm
angeln - en = angl
machen > mach; spielen > spiel; radeln > radel
Slide 7 - Slide
Ezelsbruggetje
Achter de stam van het werkwoord komt de uitgang.
Dit zijn de volgende letters:
(FE) E - ST - T - EN - T - EN
Slide 8 - Slide
Er zijn 2 uitzonderingen
Als de stam op -d / -t eindigt, dan komt er na de stam een extra -e : du, er/sie/es en ihr vorm.
Als de stam op een 's'-klank eindigt (bijv. s, ss, ß, z) dan komt er bij du alleen een 't' achter de stam
Slide 9 - Slide
Het werkwoord komt er dan als volgt uit te zien:
heißen
ich heiße
du heißt
er/sie/es heißt
wir heißen
ihr heißt
sie/Sie heißen
Slide 10 - Slide
Het werkwoord komt er dan als volgt uit te zien:
antworten
ich antwort e
du antwort e t
er/sie/es antwort e t
wir antwort en
ihr antwort e t
sie/Sie antwort en
Slide 11 - Slide
Zelfstandig aan het werk
1. Maak in je boek van Kapitel 6, D
Aufg. 10, 11, 12 en 13
2. Maak het werkblad regelmatige werkwoorden
Slide 12 - Slide
Zelfstandig aan het werk
1. Maak in je boek van Kapitel 6, D
Aufg. 10, 11, 12 en 13
2. Maak het werkblad regelmatige werkwoorden
Slide 13 - Slide
Hausaufgaben
1. Maak in je boek van Kapitel 6, D
Aufg. 10, 11, 12 en 13
2. Maak het werkblad regelmatige werkwoorden
3. Leer de Lernliste van Kapitel 6, Niederländisch - Deutsch,
S. 26
Slide 14 - Slide
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Slide 15 - Slide
Hausaufgaben
1. Maak in de online methode van Kapitel 1, Aufg. 1, 2 en 3
Slide 16 - Slide
Kijk nu terug naar de lesdoelen:
Kun je specifieke informatie vinden en begrijpen in een folder.