Les 1 FPZ - Hypertensie

Hypertensie
1 / 43
next
Slide 1: Slide
FarmacotherapieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hypertensie

Slide 1 - Slide

Lesinhoud
  • Hypertensie (hoge bloeddruk) 
  • CVRM
  • Bloeddruk meten
  • Bloeddruk waarden
  • Geneesmiddelen opdracht
  • Volgende les: geneesmiddelen bespreken

Slide 2 - Slide

Wat weet je al
over hypertensie?

Slide 3 - Mind map

Inleiding
  • Leeftijd tussen 35-70 jaar? 50% van de bevolking verhoogde bloeddruk & 25% een verhoogd cholesterol
  • Te hoge bloeddruk? Te hoog cholesterol? Roken? Overgewicht? -> Risico hart- en vaatziekten 

In 2019 was 30% van de sterftegevallen door hart- en vaatziekten

Slide 4 - Slide

Bloedsomloop
  • Functie: aanvoeren voedingsstoffen en zuurstof + afvoeren afvalstoffen
  • Bloedstroom moet snelheid hebben zodat alle cellen worden voorzien van voedsel en zuurstof
  • Daarom = bloeddruk nodig 
  • Hart trekt samen om bloed te pompen
  • Hart samentrekt = bloeddruk hoger
  • Hart ontspant = bloeddruk lager

Slide 5 - Slide

Bloeddruk
Systolische bloeddruk
  • Tijdens samentrekken
  •  Bovendruk (120 is normaal)

Diastolische bloeddruk
  • Bloeddruk tijdens ontspannen / hart in rust
  • Onderdruk (80 is normaal)

Slide 6 - Slide

Bloeddrukwaarden 
  • Normale bloeddruk
  • 120 systolisch
  • 80 diastolisch

  • Te hoge bloeddruk
  • 160 systolisch
  • 95 diastolisch 

Slide 7 - Slide

Bloeddruk meten
  • Zittend
  • In rust
  • (Linker) bovenarm
  • Aangegeven als millimeters kwikdruk (mm Hg)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Ontstaan hoge bloeddruk
  • Weerstand in de bloedvaten (slagaders, aders en haarvaten)
  • Aderverkalking (atherosclerose) - cholesterol
  • Veroudering bloedvaten (minder soepel)
Als het hart harder moet pompen wordt de bloeddruk hoger - er is meer weerstand

Slide 10 - Slide

Belang van behandelen
Verhoogde kans op
  • Hersenbloeding (CVA)
  • Hartinfarct (AP)
  • Aantasting hersenen, ogen en nieren 

Let op: meestal geen voelbare klachten

Slide 11 - Slide

Risicofactoren HV ziekten
  • Roken
  • Geslacht + leeftijd; mannen ouder dan 40 jaar & vrouwen na de menopauze (> 50 jaar)
  • Leefstijl (overgewicht, voeding, middelomtrek)
  • HV ziekten in de familie
  • Te hoog cholesterol
  • Hoge bloeddruk 
  • Diabetes type 2

Zie ook figuur 16.2 in FPZ boek

Slide 12 - Slide

Leefstijladviezen
  • Stoppen met roken
  • Alcoholgebruik beperken
  • Inname van drop beperken
  • Overgewicht voorkomen / bestrijden
  • Minder zout, meer fruit en groente (kalium)
  • Voldoende bewegen
Voorkomen is beter dan genezen 

Slide 13 - Slide

Antihypertensiva
  • Paraplubegrip 
  • Diuretica - plastabletten
  • Bètablokkers
  • RAS remmers
  • Calciumantagonisten
  • Overige antihypertensiva

Slide 14 - Slide

Opdracht
Maak 4 groepen
Iedere groep werkt een gnm.groep uit

  • Groep 1: Diuretica
  • Groep 2: Bètablokkers
  • Groep 3: RAS-remmers
  • Groep 4: Calciumantagonisten


timer
3:00

Slide 15 - Slide

Opdracht
Maak een deelbare poster, woordweb, vlog of filmpje

Inhoud:
  • Wat is dit voor geneesmiddelengroep?
  • Welke werking heeft het? Hoe werkt het?
  • Welke medicijnen vallen hieronder?
  • Patiënten info: moment van inname, effect, bijwerkingen, adviezen

De mooiste uitwerking wint een prijsje!
timer
30:00

Slide 16 - Slide

Volgende les FPZ
  • Start met nabespreken opdracht
  • Groep 1 - diuretica
  • Groep 2 - bètablokkers
  • Groep 3 - RAS-remmers
  • Groep 4 - Calciumantagonisten

  • Verder met de les over de geneesmiddelgroepen

Slide 17 - Slide

Vandaag
  • Producten laten zien
  • Welke wint? Prijsje + in lokaal?
  • Geneesmiddelgroepen 

Slide 18 - Slide

Diuretica
  • Plastabletten
  • Vermindert de weerstand bij pompen hart
  • Bevordering uitscheiding van water en zout = meer urine
  • Bloeddruk daalt door minder vocht in de bloedsomloop
  • Bijwerking: kalium te kort (tenzij kaliumsparend diureticum)  

Slide 19 - Slide

Diuretica middelen
  • Thiazidediuretica: Hydrochloorthiazide (HCT) & Chloortalidon
Eerste keus ; werkt ca. 12 uur

  • Lisdiuretica: Furosemide & Bumetanide
Bij vochtophoping in benen of longen (hartfalen) soms HB ; werkt korter & krachtiger (4-6) uur

  • Kaliumsparenddiuretica: Triamtereen & Amiloride
Zwakwerkend dus in combinatie met ander diureticum 
Voorkomt kaliumtekort 
Combipreparaten 

Slide 20 - Slide

Aandachtspunten Diuretica
  • In de ochtend innemen (M 1T)
  • Waarom in de ochtend?
  • Genoeg blijven drinken ondanks veel plassen
  •  Furosemide 2dd1 -> om 8 uur en uiterlijk om 16 uur

Slide 21 - Slide

Medicatiebewaking Diuretica
  • CI Jicht (natriumuraatkristallen, kan jicht uitlokken)
  • CI Suikerziekte = vervallen
  • IA RAS-remmers (zie verderop)
  • IA Hartglycosiden - hypokaliemie - toxiciteit Lanoxin neemt toe. Let op: wazig zicht, misselijkheid, verminderde eetlust en braken.

Slide 22 - Slide

Bètablokkers
  • Bètasympaticolytica (lytica = remmen)
  • Remt de sympaticus (onderdeel zenuwstelsel)
  • Sympaticus (vecht of vlucht)

Slide 23 - Slide

Sympaticus in actie
  • Pupillen verwijden
  • Hartslag gaat omhoog
  • Longen verwijden - meer lucht
  • Sneller ademen
  •  Bloeddruk gaat omhoog
  • Vaten vernauwen

Slide 24 - Slide

Bètasympaticolytica
  • Remmen de werking van de sympaticus 
  • Verlagen de bloeddruk
  • Verbeteren de ademhaling (diepen inademen)
  • Rustige en regelmatige hartslag
  • Hartspier trekt minder krachtig samen​
  • Hartspier wordt ontlast




Slide 25 - Slide

Bètablokkers
Verlaging hartfrequentie & lichte verwijding bloedvaten = bloeddrukdaling. ​


  • Angina pectoris ​
  • Hartritmestoornissen ​
  • Hartfalen
  • Voorkoming migraine-aanvallen​
  • Hypertensie 
  • Examenvreed






Slide 26 - Slide

Bètablokker middelen
  • Metoprolol -MGA / Retard - 'Gewoon'
  • Atenolol
  • 'Lolletjes'

Aandachtspunten
  • Bijwerkingen: vermoeidheid (begin duizeligheid)
  • Nooit zomaar stoppen; afbouwen

Slide 27 - Slide

Medicatiebewaking
Contra-indicaties
  • Astma / COPD -> kans op benauwdheid
  • Diabetes -> gevoeligheid voor insuline verminderen
  • Schildklier -> bètablokkers verlichten symptomen van een te snel werkende schildklier
  • Hartfalen -> hart wordt te zwak / hartfrequentie te laag

Slide 28 - Slide

RAS-remmers
Door remming van het Renine-Angiotensine-Systeem (RAS-systeem) : ​

  • Verwijding bloedvaten = daling bloeddruk​
  • Bescherming nieren en hart tegen verdere achteruitgang​

RAS-systeem is een hormoonsysteem dat via de nieren werkt



Slide 29 - Slide

RAS-remmers
2 groepen​
ACE-remmers: eindigen op - pril​
  • Bv. Enalapril, Lisinopril, Captopril
  • Bijwerking: prikkelhoest (pril/prikkelhoest)
 ​
AT-2-antagonisten: eindigen op -artan​
  • Losartan, Irbesartan 





Slide 30 - Slide

ACE-remmers
  • Tweede keus bij hypertensie
  • Eerste keus bij diabetespatiënten met hypertensie & hartfalen
  • Worden vaak gecombineerd met Diuretica & Bètablokkers 

Slide 31 - Slide

ACE-remmers
Zwangerschap:
  • Kunnen afwijkingen veroorzaken aan longen, schedel, ledematen en aangezicht
  • Niet in het eerste trimester en zeker niet in het tweede en derde trimester van de zwangerschap

Slide 32 - Slide

Medicatiebewaking RAS-remmers

Interacties
  • ACE-remmers samen met kaliumsparend diureticum: risico >kalium -> risico hartkramp
  • RAS remmer toevoegen aan plastablet: sterke daling BD - duizelig / flauwvallen - RAS remmer 3 dagen lage dosis op bedrand innemen (melden + op etiket)

Slide 33 - Slide

Calciumantagonisten
  • Verwijding bloedvaten = daling bloeddruk​
  • Voorgeschreven bij hoge BD + AP of astma ​
  • Vaak in combinatie met andere antihypertensiva

  • Werking op bloedvaten: Amlodipine, Nifedipine.

  • Bijwerking: oedeem, blozen






Slide 34 - Slide

Overige middelen
  • Methyldopa 
  • Alleen bij verhoogde bloeddruk bij zwangerschap
  • BW: sufheid

Slide 35 - Slide

Afleverinformatie
  • Behandeling is vaak langdurig
  • Therapietrouw benoemen (vaak geen klachten)
  • Werking medicijn niet merkbaar - wel belangrijk!
  • 60% stopt onterecht binnen een jaar 
  • Motiveren - medicatie belangrijk - voorkomen HV ziekten
  • EU? Vraag indicatie & voer CI in
  • TU? therapietrouw & bijwerkingen bespreken (prikkelhoest, duizeligheid)

Slide 36 - Slide

Hypertensie
Hypotensie
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk

Slide 37 - Drag question

We spreken van hypertensie bij:
A
Diastolische druk >70 mmHg is
B
Systolische druk >140 mmHg is

Slide 38 - Quiz

Wat is hypertensie?
A
te lage bloeddruk
B
te hoge bloeddruk
C
een normale bloeddruk
D
te druk in de klas

Slide 39 - Quiz

Hypertensie is bij enalapril een
A
Contra Indicatie
B
Intolerantie
C
Bijwerking
D
Indicatie

Slide 40 - Quiz

Welke medicijngroep wordt als eerste ingezet bij hypertensie?
A
ACE-remmers
B
Diuretica
C
Beta-blokkers
D
Calciumantagonisten

Slide 41 - Quiz


Hoe verlaat je deze les?
Exit ticket
Exit ticket
Exit ticket
😒🙁😐🙂😃

Slide 42 - Poll

Zijn er vragen?
  • Volgende les: Nearpod Hypertensie!

  • Meer weten?
https://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/hoge-bloeddruk/item32640

Slide 43 - Slide