P1 Kennis toetsen voor het maken van de toets

Periode 1 Les 8
Toets flankerend exact
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Periode 1 Les 8
Toets flankerend exact

Slide 1 - Slide

Rond 3,5648 af op 2 decimalen
A
3,56
B
3,57

Slide 2 - Quiz

Rond 549,23 af op een honderdtal
A
549
B
500
C
550

Slide 3 - Quiz

Rond € 9,87 af op 5 eurocent
A
€ 9,85
B
€ 9,80
C
€ 9,90
D
€ 10,00

Slide 4 - Quiz

Rond 700,85578 af op honderdsten
A
700,855
B
701
C
700,85
D
700,86

Slide 5 - Quiz

Is dit een rechthoekige
driehoek?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Bewijs rechthoekige driehoek
6² + 8² = 10²
6² + 8² =36 + 64 = 100 
10² = 100

Of:   √(6²+8²) = 10


Slide 7 - Slide

Is dit een rechthoekige
driehoek?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

Bewijs geen rechthoekige driehoek
√(72²+92²) = 116,82
De lange zijde is 115, dus niet gelijk en daarom geen
rechthoekige driehoek.

Of:
72² + 92² = 13 648
115²           = 13 225
De uitkomsten zijn niet gelijk, dus geen rechthoekige driehoek.


Slide 9 - Slide

Rekenen met de 3-4-5 steek
Deze driehoek is een vergroting van 
een driehoek met zijden van 3, 4 en 5.

Welke zijde komt overeen met de zijde van 3?

Slide 10 - Slide

Wat is de lengte van zijde AB?
A
12
B
48
C
24
D
dit kun je niet weten

Slide 11 - Quiz

Wat is de vergrotingsfactor?
A
3
B
4
C
dit kun je niet weten
D
11

Slide 12 - Quiz

Wat is de lengte van zijde BC?

Slide 13 - Open question

Bereken hoek A.
Bereken hoek A met sinus, cosinus of tangens.

Geef alleen een getal als antwoord en rond af op gehelen.

Slide 14 - Slide

Hoeveel graden is hoek A?
Geef alleen een getal als antwoord.

Slide 15 - Open question

Bereken hoek C.
Bereken hoek A met sinus, cosinus of tangens.

Geef alleen een getal als antwoord en rond af op gehelen.

Slide 16 - Slide

Hoeveel graden is hoek C?
Geef alleen een getal als antwoord.

Slide 17 - Open question

Toets P1 Flankerend Exact
  1. Je hebt de hele les de tijd om de toets te maken.
  2. Let erop dat je alle berekeningen opschrijft.
  3. Geef een volledig antwoord indien gevraagd (dus met bv meter) 
  4. Klaar? Leg je uitwerkingen met het toetsblad bovenop op tafel.
  5. Ga werken in Rekenblokken.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide