What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
10.01.25 Unit 4 Lesson 4.2 Kader
1 / 36
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
This lesson contains
36 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
10 January 2025
Friday
Slide 2 - Slide
Afspraken in 2025
Als je iets wilt zeggen, steek je je hand op
Je luistert/ bent dus stil en werkt mee
Je schrijft mee in je schrift/werkboek/Chromebook
Je kletst niet met je klasgenoten en reageert niet op/naar anderen
Je gebruikt je Chromeboek alleen als het nodig is
Je maakt je huiswerk, of je ouders worden geïnformeerd
Als je geen pen of boek niet hebt, dan blijf je voor een extra les
Slide 3 - Slide
Lesson plan
Unit 4
Lesson 4.1
Homework
Future Tense (will - won't)
Degrees of comparison
Practise More 4.1
Homework
Slide 4 - Slide
My goal - our goals
I know how to use 'Future' + 'degrees of comparison'
and
... the new words (Lesson 4.1)
Slide 5 - Slide
page 163
Slide 6 - Slide
Unit 4 Lesson 1
page 170
StudyGo
timer
5:00
Slide 7 - Slide
Homework check
Leren: Unit 4, Lesson 1 -
Words 4.1, page 11
Maken:
Exc. 1 t/m
6
, page 9 t/m 13
+ Exc.
7
, page 14
Slide 8 - Slide
Let's practise
Leren: Unit 4, Lesson 1 -
Words 4.1, page 163
Maken:
Exc. 1 t/m
7
, page 9 t/m 13
+ Exc. 10 , page 16+17
Slide 9 - Slide
In de vorige les hebben we het gehad over abbreviations. Wat zijn dat?
Noem ook een voorbeeld.
Slide 10 - Open question
Future, page 17
Slide 11 - Slide
Wat hebben deze zinnen met elkaar gemeen?
I will do my homework next time.
We will live on Mars in 2035.
I will be there!
Ze geven allemaal aan dat er nog iets staat te gebeuren.
Ze spelen zich dus af in de toekomst.
In alle zinnen staat
'will' + het hele werkwoord.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
beloftes/ aanbiedingen/ snelle beslissingen/ voorspellingen
Slide 14 - Slide
Kijk maar..
I
will do
my homework next time.
Ik
zal
mijn huiswerk de volgende keer maken.
We
will live
on Mars in 2035.
We
zullen
in 2035 op Mars wonen.
I
will be
there!
Ik
zal
er zijn.
Slide 15 - Slide
FUTURE (Will - Won't)
Wanneer je over de toekomst praat, kun je '
W
ill
'
gebruiken.
'
Will
'
wordt gebruikt om iets aan te bieden, iets te beloven of om voorspellingen te maken.
Je gebruikt
will
+
het hele werkwoord
.
Je kunt '
will
" samentrekken tot ...
`l
l
.
Slide 16 - Slide
Future: SHALL
Je gebruikt '
Shall'
in vragen over de toekomst met
I
&
We
...
als je iets aanbied of een voorstel doet.
Shall
I help you?
When
shall
we meet?
Slide 17 - Slide
Let dus op:
Bevestigende zin: (+)
will + hele werkwoord
We
will live
on Mars in 2035.
Ontkennende zin: (-)
will not (won't) + hele werkwoord
We
will not live
on Mars in 2035.
Vragende zin: (?)
will + ow + hele werkwoord
Will
we
live
on Mars in 2035?
Slide 18 - Slide
will ....
will ....
Slide 19 - Slide
She ___________ turn sixteen next June.
Future + will / shall: we / shall + hele werkwoord
will
shall
Slide 20 - Drag question
He ___________ tell you what to do.
Future + will / shall: we / shall + hele werkwoord
will
shall
Slide 21 - Drag question
________I help you with your homework?
Future + will / shall: we / shall + hele werkwoord
Will
Shall
Slide 22 - Drag question
1. The weather ________ be sunny and dry tomorrow.
2. Marc ________ join us for dinner, he's not hungry.
3. _______ we meet at eight on Friday?
4. Maybe they _______ give you you money back if you ask nicely.
will
won't
shall
will
Slide 23 - Drag question
Let's practise
Unit 4 -
Lesson 1 Reading -
Exc. 8 page 14 (together)
Slide 24 - Slide
Degrees of comparison
Slide 25 - Slide
Comparisons
Als we het hebben over
comparisons
(
vergelijkingen), dan gebruiken we altijd:
bijvoeglijke
naamwoorden (woorden die dus iets vertellen over een
zelfstandig
naamwoord).
Neem dat wat in de blokjes staat over:
Zelfstandig naamwoord:
woorden waar je
de, het
en
een
voor kunt zetten.
(mensen, dieren en dingen)
Bijvoeglijk naamwoord:
Woorden die iets zeggen over een zelfstandig naamwoord.
Slide 26 - Slide
Vergelijken, page 15 (9)
Slide 27 - Slide
John is ..... than Pete. (nice)
A
nicest
B
nice
C
nicer
D
niceer
Slide 28 - Quiz
Visiting a museum is ...... than visiting a party. (boring)
A
boringer
B
most boring
C
more boring
D
boringest
Slide 29 - Quiz
This question is ..... than that question. (easy)
A
easier
B
easiest
C
more easy
D
easyer
Slide 30 - Quiz
That guy is just as ...... that guy.
(tall)
A
taller
B
as taller as
C
tallest
D
tall as
Slide 31 - Quiz
I have got ....... money than you.
(much)
A
mucher
B
much
C
more
D
morer
Slide 32 - Quiz
Bungee jumping is ......windsurfing.
(dangerous)
A
Dangerouser
B
dangerousest as
C
more dangerouser
D
more dangerous
Slide 33 - Quiz
Let's practise
Unit 4 -
Lesson 1 Reading -
Exc. 9, page 15 (together)
Exc. 10, page 16 t/m 17
+
Unit 4, Lesson 1 - PractiseMore
Slide 34 - Slide
I know how to use "Future + Degrees of comparison"
and .... the new words
Yes
No
Almost
Slide 35 - Poll
Monday, 13 January
Leren:
Unit 4, Lesson 1 -
Words 4.1, page 11
Maken:
Exc. 8 t/m 10, page 14 t/m 17
+ Unit 4, Lesson 1 - PractiseMore
Slide 36 - Slide
More lessons like this
10.01.25 Unit 4 Lesson 4.2 Basis
16 hours ago
- Lesson with
36 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
06.01.25 Unit 4 Lesson 4.1 Basis
3 days ago
- Lesson with
44 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
06.01.25 Unit 4 Lesson 4.1 Kader
3 days ago
- Lesson with
42 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
06.01.25 Unit 4 Lesson 4.1 Basis
3 days ago
- Lesson with
45 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
06.01.25 Unit 4 Lesson 4.1 Kader
3 days ago
- Lesson with
42 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
12.01.24 Unit 4 Lesson 4.1 Basis
January 2024
- Lesson with
41 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3
Lesson 2 (1)
January 2024
- Lesson with
22 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Unit 4 Lesson 4.4
February 2024
- Lesson with
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo b, k, t
Leerjaar 3