TaalCompleet A2: 2.9 en 2.10

Goedemorgen!

TaalCompleet A2: 2.9 en 2.10
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1-4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goedemorgen!

TaalCompleet A2: 2.9 en 2.10

Slide 1 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Opdracht: We lezen samen de tekst over pannenkoeken bakken

Slide 2 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Woorden
  • de pannenkoeken
  • het recept
  • het meel
  • de kom
  • roeren
  • bakken
  • omdraaien
  • gooien
  • de lucht
  • vangen
  • beide
  • leggen
  • ga door
  • de jam

Slide 3 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Opdracht: Doe je boek en schrift dicht. Luister naar het woord en schrijf het.
  • de pannenkoeken
  • het recept
  • het meel
  • de kom
  • roeren
  • bakken
  • omdraaien
  • gooien
  • de lucht
  • vangen
  • beide
  • leggen
  • ga door
  • de jam

Slide 4 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Opdracht: We doen een dictee!

Luister goed en schrijf mee!

Slide 5 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
  1. Weet jij hoe je jam maakt?
  2. Heb jij een recept voor tomatensoep? 
  3. Ik gooi de pannenkoek in de lucht.
  4. De kinderen doen het meel in de kom.
  5. Ze roeren door de soep. 
  6. De moeder draait de pannenkoeken om.

Slide 6 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Opdracht: Schrijf een zin met het woord.

Voorbeeld: lopen (ik loop / jij loopt / wij lopen)
Hij loopt elke dag met zijn kinderen naar school. 

  1. roeren (ik roer / jij roert / wij roeren)
  2. bakken (ik bak / jij bakt / wij bakken)
  3. gooien (ik gooi / jij gooit / wij gooien)
  4. vangen (ik vang / jij vangt / wij vangen)
  5. leggen (ik leg / jij legt / wij leggen)

Slide 7 - Slide

2.9 Pannenkoeken bakken
Opdracht: Maak alle opdrachten van 2.9 in je boek.

Klaar? Maak de opdrachten van 2.9 in de ELO op je telefoon. Werk daarna verder in je boek. 

Slide 8 - Slide

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: We kijken samen naar de video over 2.10.

Slide 9 - Slide

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: We praten samen over de video.

  • Wat is de gebiedende wijs? 
  • Welke woorden kun je gebruiken om de zin aardiger te maken?

Slide 10 - Slide

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: Maak alle opdrachten van 2.10 in je boek.

Klaar? Maak de opdrachten van 2.10 in de ELO op je telefoon. Werk daarna verder in je boek.


Slide 11 - Slide

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: Lees de zin op het bord. Verander de zin.

Je kunt je jas uit doen.
Je kunt je jas uit doen.
Doe je jas uit.

> Doe je jas maar even uit. 

Slide 12 - Slide

Je doet de boter in de pan.

Slide 13 - Open question

Je moet de kip acht minuten bakken.

Slide 14 - Open question

Je moet de groenten snijden.

Slide 15 - Open question

Je moet de deur dicht doen.

Slide 16 - Open question

Je moet hier komen.

Slide 17 - Open question

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: Doe samen de opdracht op werkblad 2.10. 

Klaar? Werk dan verder in je boek of in de ELO op je telefoon.
timer
10:00

Slide 18 - Slide

2.10 Doe de deur maar open
Opdracht: Werk samen. Maak korte video's in de school. Oefen met de 
gebiedende wijs. Stuur de video's naar de docent via WhatsApp. 

Voorbeeld: 'Doe het raam maar even open.'

Voorbeeld: 'Leg je pen maar op de tafel.'

timer
15:00

Slide 19 - Slide