This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom bij biologie!
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
Hoe gebruik je het boek
Theorie
Opdrachten maken
Slide 2 - Slide
BENODIGDHEDEN
* Boeken / Ipad
* Pen
* Potlood/ gum/ geodriehoek
* Schaar
* Lijm
* Rekenmachine
* Oortjes
* Schrift voor aantekeningen
Slide 3 - Slide
Hoe gebruik ik mijn boeken?
1. Opletten bij klassikale bespreking 2. Eerst lezen dan maken 3. Vragen stellen 4. Opdrachten serieus maken 5. Nakijken (je leert van fouten) 6. Tijdens de les huiswerk maken
7. Leren voor de toets: opdrachten doornemen / oefentoets maken / samenvatting maken
Slide 4 - Slide
Regels
- Telefoons in de telefoontas
- Huiswerk in SOM
- Huiswerk niet gemaakt = > extra opdracht
- Hand opsteken als je wat wilt vragen of zeggen
- Overleg op fluistertoon als dit wordt aangegeven
- Tijdens de uitleg is er één iemand aan het woord
Slide 5 - Slide
Zijn er nog vragen?
Slide 6 - Open question
Wat heb ik NIET nodig tijdens de lessen biologie?
A
pen
B
schaar
C
een slecht humeur
D
potlood
Slide 7 - Quiz
Welk onderwerp gaan we tijdens biologie niet behandelen?
A
Skelet
B
Planten
C
Ordenen
D
Vulkanen
Slide 8 - Quiz
Wat is de sterkste spier in het menselijk lichaam?
A
Kauwspier
B
Rugspier
C
Biceps (=armspier)
D
Dijspier (=bovenbeenspier)
Slide 9 - Quiz
Hoeveel haren heeft een gemiddeld mens op zijn hoofd?
A
2000 - 4000
B
20.000 -40.000
C
40.000 - 60.000
D
80.000 - 150.000
Slide 10 - Quiz
Het lichaam van een brugklasser van 40 kg bevat .... liter water
A
10 liter
B
18 liter
C
28 liter
D
32 liter
Slide 11 - Quiz
Hoeveel groeit een haar in één week?
A
0,1 mm
B
6 mm
C
2,1 mm
D
30 mm
Slide 12 - Quiz
Je hebt een broodje gegeten. Hoe lang duurt het voor dat je de resten kunt zien? uitpoepen?
A
12 uur
B
15 uur
C
24 uur
D
36 uur
Slide 13 - Quiz
Uit hoeveel botten bestaat jouw skelet?
A
106
B
206
C
176
D
236
Slide 14 - Quiz
LEVEND - DOOD - LEVENLOOS
Slide 15 - Slide
LEERDOELEN
1.1.1 Je kunt uitleggen wat een organisme is.
1.1.2 Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.
1.1.3 Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.
Slide 16 - Slide
ORGANISME
Levend wezen
Kun je 4 verschillende hoofdgroepen van levende wezens noemen?
timer
0:30
Slide 17 - Slide
Waaraan kan je zien dat iets leeft?
Slide 18 - Open question
7 LEVENSVERSCHIJNSELEN
Ademhalen
Voortplanten
Uitscheiden
Waarnemen
Voeden
Groeien
Bewegen
Zien, ruiken, voelen, proeven, horen
Ezelsbruggetje
Als Vader Uitgaat Wordt Vader Goed Bezopen
Slide 19 - Slide
DOOD
Geen levensverschijnselen meer
Heeft wel geleefd
Slide 20 - Slide
LEVENLOOS
Nooit geleefd
Slide 21 - Slide
Huiswerk:
in je boek de leerstof doorlezen
opdrachten maken
nakijken wat je fout hebt gedaan
vragen noteren voor de volgende les
Slide 22 - Slide
Welkom bij biologie!
Slide 23 - Slide
Wat gaan we in het tweede deel doen?
Aktie!
Wat weet je al?
uitleg
tekeningen maken
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
LEERDOELEN
Ik weet wat een organisme is
Je weet wanneer iets LEVEND - DOOD - LEVENLOOS is
Je kent de 7 levensverschijnsellen
Slide 26 - Slide
Waarom tekenen?
- tekenen helpt om goed te kijken
- in een tekening kun je dat aangeven wat belangrijk is
Slide 27 - Slide
Doorsnede
Let op het verschil tussen een dwarsdoorsnede (van links naar rechts).
En een lengtedoorsnede (van boven naar beneden).
Slide 28 - Slide
natuurgetrouw
schematisch
Slide 29 - Slide
Maak deze opdracht in je werkboek
Je maakt 3 tekeningen
van de appel:
* een natuurgetrouwe tekening van het buitenaanzicht
* een schematische tekening van de lengtedoorsnede
* een schematische tekening van de dwarsdoorsnede
Slide 30 - Slide
Klaar?
Laat je tekening zien
Ruim je tafel en omgeving netjes op
Ga verder met de opdrachten
Huiswerk: BS 1.1 afmaken
Slide 31 - Slide
Evaluatie
Maak je bij biologie meestal natuurgetrouwe tekeningen of