What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
V3 Overzichtskennis TV 7 en 8
VWO 3
Overzichtskennis
Semester 2 (2020-2021)
Theorielessen
:
Alle tijdvakken + bekende figuren + belangrijke gebeurtenissen / ontwikkelingen.
Proefwerkweek (juni):
Toets over overzichtskennis:
o.a. invulschema + multiplechoicevragen
1 / 41
next
Slide 1:
Slide
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
41 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
4 videos
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
VWO 3
Overzichtskennis
Semester 2 (2020-2021)
Theorielessen
:
Alle tijdvakken + bekende figuren + belangrijke gebeurtenissen / ontwikkelingen.
Proefwerkweek (juni):
Toets over overzichtskennis:
o.a. invulschema + multiplechoicevragen
Slide 1 - Slide
Zet de typische gebouwen in het juiste tijdvak!
Slide 2 - Drag question
Zet de typische gebouwen in het juiste tijdvak!
Slide 3 - Drag question
Tijdvak 7:
Pruiken en Revoluties
Slide 4 - Slide
We gaan nu aan de slag met het tijdvak van Pruiken en Revoluties. Welke eeuw is dit?
A
16e eeuw
B
17e eeuw
C
18e eeuw
D
19e eeuw
Slide 5 - Quiz
Waar denk je aan bij het tijdvak "Pruiken en Revoluties"?
Slide 6 - Mind map
Wat is Verlicht denken? Meerdere antwoorden zijn mogelijk!
A
Mensen zijn van nature niet vrij of gelijk en verantwoordelijk voor hun eigen lot om dit te veranderen
B
De maatschappij kan door een sterke leider verbeterd worden.
C
De hoogste macht is niet afkomstig van God maar van het volk (volkssoevereiniteit)
D
Een grondwet geldt voor iedereen, dus ook voor de koning of regering.
Slide 7 - Quiz
Wat is geen gevolg van dit nieuwe verlicht denken?
A
Afschaffing slavernij (abolitionisme)
B
Ontstaan verlichte absolutisten
C
Democratische revolutie (Franse Revolutie)
D
Aanstelling van koning Willem I van de Nederlanden
Slide 8 - Quiz
Uitspraken juist of onjuist?
A. Verlichtte denkers waren atheïst.
B. Verlichtte denkers waren voor godsdienstvrijheid.
A
Beide uitspraken zijn onjuist.
B
A is juist en B is onjuist.
C
B is juist en A is onjuist.
D
Beide uitspraken zijn juist.
Slide 9 - Quiz
De meeste Verlichte denkers kwam uit de ... stand
A
eerste
B
tweede
C
derde
Slide 10 - Quiz
Verlichte denkers zeiden dat de samenleving beter kon worden van..
A
Macht
B
Geld
C
Onderwijs
D
Alcohol
Slide 11 - Quiz
Dit is geen voorbeeld van verlicht denken
A
Iedereen is gelijk geboren
B
Ik ben meer waard omdat mijn vader rijk was
C
Als er geen bewijs is dat God bestaat, bestaat hij dan wel?
D
De koning moet rekening houden met het volk
Slide 12 - Quiz
Montesquieu: Trias Politica
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Welke democratische revolutie kwam niet voor in de 18e eeuw?
A
De Amerikaanse Revolutie
B
De Franse Revolutie
C
De Bataafse Revolutie
D
De Glorieuze Revolutie
Slide 15 - Quiz
Wat is de meest bekende leus uit de Franse Revolutie?
A
Vrijheid, gelijkheid en broederschap
B
Strijd is de enige weg
C
Vrijheid, gelijkheid en gemeenschap
D
Dood de koning
Slide 16 - Quiz
5
Slide 17 - Video
Napoleon
Slide 18 - Slide
Sleep de zinnen naar het goede vak
Geen gevolg van de Franse Revolutie
Een gevolg van de Franse Revolutie
alle Fransen werden even rijk
afschaffing van het koningschap
de adel grijpt de macht
boeren gaan Frankrijk besturen
gelijke rechten voor alle Fransen
Slide 19 - Drag question
Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie.
Past wel bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
Past niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
De meeste Franse waren arm
98% van de Fransen hoorde bij de eerste stand,
Edelen betaalden geen belasting
Frankrijk was een standensamenleving
Frankrijk was een republiek
Slide 20 - Drag question
Tijdvak 8:
Burgers en Stoommachines
Slide 21 - Slide
We gaan nu aan de slag met het tijdvak van Pruiken en Revoluties. Van wanneer tot wanneer loopt dit tijdvak?
A
1600 tot 1700
B
1700 tot 1800
C
1800 tot 1900
D
1900 tot 1950
Slide 22 - Quiz
Waar denk je aan bij het tijdvak "Burgers en Stoommachines"?
Slide 23 - Mind map
Wat was geen oorzaak van de industriële revolutie?
A
Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
B
Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
C
Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
D
Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was
Slide 24 - Quiz
De industriële revolutie
A
had grote gevolgen voor de hele samenleving
B
bleef beperkt tot de steden
C
waren veranderingen in productiemethoden
D
had vooral betrekking op industriearbeiders
Slide 25 - Quiz
Als gevolg van de industriële revolutie ....
A
Daalde het bevolkingsaantal
B
Groeide het bevolkingsaantal
C
Groeide de bevolking op het platteland
D
Daalde het aantal het aantal mensen in de steden.
Slide 26 - Quiz
Slide 27 - Video
SOCIALE KWESTIE
Slide 28 - Slide
De sociale kwestie
De sociale kwestie= de discussie over de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders
Slide 29 - Slide
Welke groep kwam op voor de rechten van de arbeiders?
A
Liberalen
B
Conservatieven
C
Socialisten
D
Feministen
Slide 30 - Quiz
Hoe noemen we het "verkrijgen van gelijke rechten"?
A
Revolutionair
B
Emancipatie
C
Feministische golf
D
Socialisten
Slide 31 - Quiz
Leg uit waarom socialisten aan het eind van de 19e eeuw nog niet zoveel voor elkaar konden krijgen voor de arbeiders?
Slide 32 - Open question
Welke groepen streden in de 19e eeuw voor gelijke rechten?
(meerdere zijn goed)
A
Vrouwen
B
Arbeiders
C
Katholieken
D
Slaven
Slide 33 - Quiz
Wanneer was er algemeen kiesrecht in Nederland?
A
1894
B
1917
C
1919
D
1924
Slide 34 - Quiz
Liberalen
Socialisten
Confessionelen
Vooral de rijkere mensen
Vooral de arbeiders
Vooral de gelovigen
Slide 35 - Drag question
Liberalen
Confessionelen
Socialisten
Bezuinigen op verzorgingsstaat.
Rijke meer belasting betalen.
Aanpassen met meer liefdadigheid.
Slide 36 - Drag question
Koning Willem I
- eerste koning van NL
Thorbecke - liberaal verantwoordelijk voor de grondwet van 1848
Aletta Jacobs - eerste vrouw die studeerde aan de universiteit, arts werd en voorvechter van het feminisme
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Video
Wat was het superioriteitsgevoel?
A
Slaven voelden zich minderwaardig
B
Blanken wilden gelijkheid in de wereld voor iedereen
C
Het gevoel dat Afrika verdeeld moest worden
D
Blanken voelden zich beter dan mensen uit Amerika, Afrika en Azië
Slide 39 - Quiz
Stelling: De maker van de bron is een voorstander van het superioriteitsgevoel
A
Waar
B
Niet waar
Slide 40 - Quiz
Tijdvak 8
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Slavernij
Verlichting
Reformatie
Renaissance
Absolutisme
Plantages
Slide 41 - Drag question
More lessons like this
1.2 Revolutie in Frankrijk
December 2018
- Lesson with
17 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
TV 7: Pruiken en revoluties
April 2022
- Lesson with
20 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
TV 5 t/m 7 Kenmerkende Aspecten
January 2022
- Lesson with
44 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
H2 Pruiken & Revoluties §2.1 en §2.2 SO
14 days ago
- Lesson with
31 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
2M_1.1-1.5_Pruiken&Revoluties
November 2024
- Lesson with
37 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
2.7 Verlichting en Revoluties
November 2024
- Lesson with
19 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H2 Pruiken & Revoluties §2.1 t/m §2.3 SO
October 2024
- Lesson with
35 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
4. Pruiken en revoluties, de Verlichting
January 2024
- Lesson with
21 slides
Geschiedenis
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1