Spelling en taalverzorging

Spelling en taalverzorging
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2,3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Spelling en taalverzorging

Slide 1 - Slide

vorige week
Kennismakingsbrieven
Aandachtspunten examen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
je schrijft  de persoonsvormen correct in een brief of mail
je weet  welke leestekens  je gebruikt in een zinsopbouw
je schrijft een vezorgde zakelijke brief of email

Slide 3 - Slide

pak je telefoon
Ga naar lessonup.com
log in met de code op het scherm

Slide 4 - Slide

"Alle studenten vinden de persoonsvorm in deze zin."
De persoonsvorm =
A
kinderen
B
vinden
C
persoonsvorm
D
deze

Slide 5 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Hij vertrouwt het niet
B
Hij vertrouwd het niet
C
Hij vertrouwdt het niet

Slide 6 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Michael heeft het belooft
B
Michael heeft het beloofd
C
Michael heefd het belooft
D
Michael heeft het beloofdt

Slide 7 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Vind je dat normaal?
B
Vindt je dat normaal?

Slide 8 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Menno teste positief
B
Menno testte positief

Slide 9 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Bram vondt het moeilijk
B
Bram vond het moeilijk

Slide 10 - Quiz

Welke zin is goed geschreven?
A
Karel is naar Utrecht verhuist
B
Karel is naar Utrecht verhuisd

Slide 11 - Quiz

Wat is geen goed voorbeeld van zakelijk schrijven?
A
sollicitatiebrief
B
e-mail naar een docent
C
klacht over een gekocht product
D
groepsapp 'weekend'

Slide 12 - Quiz

Kies de juiste schrijfwijze voor de plaats en de datum in een zakelijke brief
A
Rotterdam 2 november 2016
B
Rotterdam, 2 November 2016
C
Rotterdam, 2 november 2016
D
Rotterdam, 2-11-2016

Slide 13 - Quiz

Wat is de opbouw van de zakelijke brief?
A
Inleiding, kern, slot
B
kern, slot
C
kern
D
inleiding

Slide 14 - Quiz

Hoe eindig je een zakelijke brief?
(2 antwoorden mogelijk)
A
Met vriendelijke groet,
B
Groetjes,
C
Nou, tot ziens dan maar!
D
Hoogachtend,

Slide 15 - Quiz

Wat zijn manieren om de persoonsvorm te vinden?
A
De zin vragend maken
B
Zin in een andere tijd zetten
C
Enkelvoud/meervoud veranderen
D
Het TaXiKoFSCHiP gebruiken

Slide 16 - Quiz

Welk woord is goed geschreven?
A
arbeids overeenkomst
B
arbeidsovereenkomst
C
arbeids-overeenkomst

Slide 17 - Quiz

Welk woord is goed geschreven?
A
de heer Van der Wal
B
de Heer van der Wal
C
de heer Van Der Wal
D
De heer Van der wal

Slide 18 - Quiz

Vragen? 

Slide 19 - Slide

Aan de slag
Wat?
Schrijf een zakelijke mail of brief 
Hoe?
Gebruik de opdracht op papier
Hulp?
samenwerken mag, vragen stellen mag ook
Tijd?
rest van de les
Uitkomst?
Lever in bij de docent fysiek of digitaal
Klaar?
Goed kijken! Staat alles erin?

Slide 20 - Slide