Samenvatting bio BK boekje

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Samenvatting bio

- Volgende les LessonUp toets dus laptop mee

- Leer alles uit je boekje!!

- Andere afsluiting; groepsopdracht

Herhaling van alles uit je boekje

Biologie = de studie van alles wat leeft

Bij biologie bestudeer je organismen

Een organisme = een leven wezen/iets wat leeft

Ordenen = het indelen van organismen in groepen op basis van hetzelfde kenmerk

De cellen van de 4 groepen

Bacteriën

- Kleine organismen

- Eencellig (bestaan ui 1 cel)

- Nuttige en schadelijke bacteriën 

Voortplanting bacteriën

- Elk half uur deelt een bacterie zich

- Dit kan alleen als er 3 dingen goed zijn:

genoeg water

genoeg voedsel

warme temperatuur 

Nuttig of schadelijk

Nuttige bacteriën ruimen resten van dode organismen op, helpen je voedsel verteren of beschermen je tegen slechte bacteriën.

Schadelijke bacteriën bederven voedsel of kunnen je ziek maken.

Schimmels

- Komen overal voor

- Kunnen eencellig of meercellig zijn

- Er zijn schadelijke en nuttige schimmels

- Schimmel plant zich voort door sporen

- Sporen zijn cellen waaruit nieuwe schimmel ontstaat

- De sporen ontstaan aan het einde van de schimmeldraden

- Schimmels voeden zich met resten van organismen

- Opruimers van de natuur

- Schadelijke schimmels: ziektes zoals voetschimmel

- Schimmels houden van vocht en warmte

- Schimmels laten voedsel bederven

Biotische en abiotische factoren

Factor = omstandigheid die invloed heeft op een ecosysteem

Abiotische factor = alle NIET levende factoren

Voorbeeld: weer, licht, temperatuur

Biotische factor = alle levende factoren

Voorbeeld: voedselaanbod (planten of andere dieren), bescherming van andere planten, concurrentie 

Ecologische niveau's 

Individu = één organisme (dier of plant)

Populatie = groep individuen van hetzelfde soort, die zich onderling voortplanten

Leefgemeenschap = populaties van verschillende soorten die samen leven in een gebied

Ecosysteem = Eenheid van biotische en abiotische factoren