Leer reanimeren!

Leer reanimeren!
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Leer reanimeren!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van deze les weet je wat reanimeren inhoudt en hoe je moet handelen in noodsituaties.

Slide 2 - Slide

Geef de leerdoelen aan het begin van de les aan.
Wat weet jij al over reanimeren?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is reanimeren?
Reanimeren is het kunstmatig overnemen van de ademhaling en/of bloedsomloop bij een persoon in een levensbedreigende situatie.

Slide 4 - Slide

Leg uit wat reanimeren is en wat het doel ervan is.
Hoe herken je een noodsituatie?
Een persoon die bewusteloos is, niet ademt of geen hartslag heeft, verkeert in een levensbedreigende situatie.

Slide 5 - Slide

Leg uit hoe je een noodsituatie kunt herkennen.
Wat moet je doen in een noodsituatie?
Bel direct 112 en begin met reanimeren door het geven van borstcompressies en beademingen.

Slide 6 - Slide

Leg uit welke stappen je moet nemen bij een noodsituatie.
Hoe geef je borstcompressies?
Plaats je handen op het midden van de borstkas en druk het borstbeen 5-6 centimeter in met een snelheid van 100-120 keer per minuut.

Slide 7 - Slide

Laat zien hoe je borstcompressies geeft en oefen dit met de studenten.
Hoe geef je beademingen?
Kantel het hoofd van het slachtoffer naar achteren, knijp de neus dicht en geef twee beademingen door in de mond te blazen.

Slide 8 - Slide

Laat zien hoe je beademingen geeft en oefen dit met de studenten.
Wanneer stop je met reanimeren?
Je stopt met reanimeren als er professionele hulp ter plaatse is, als het slachtoffer weer ademt en/of een hartslag heeft, of als je zelf niet meer kunt doorgaan.

Slide 9 - Slide

Leg uit wanneer je kunt stoppen met reanimeren en wat de gevolgen kunnen zijn.
Samenvatting
Reanimeren is het kunstmatig overnemen van de ademhaling en/of bloedsomloop bij een persoon in een levensbedreigende situatie. Bel direct 112 en begin met borstcompressies en beademingen. Stop alleen met reanimeren als er professionele hulp ter plaatse is, het slachtoffer weer ademt en/of een hartslag heeft, of als je zelf niet meer kunt doorgaan.

Slide 10 - Slide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en herhaal de leerdoelen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.