This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
¡Bienvenidos a la clase de Español!
Meneer Gomez
Martes, 28 de Marzo de 2023
Slide 1 - Slide
Las reglas de salón de clases/Huisregels
Bij binnenkomst spullen op tafel: Boeken, pen en schrift.
Geen mobieltjes in de klas
Als ik praat, zijn jullie stil
Steek je hand op als je iets wilt zeggen
Niet aan elkaar of elkaars spullen zitten
Slide 2 - Slide
¿Qué vamos a hacer hoy?
(Wat gaan wij vandaag doen?)
1. Bron J - Het bijwoord.
2. Huiswerk Nakijken (oef. 31 en 32
3. Bron K - Maken werkboek ( 33c, 34 en 35
4. Herhalen H3: Bron J en Bron K. Vocabulario 3.4 (nl-sp)
5. SO - Volgende week: H3: bron J, K. Voc. 3.4
.
Slide 3 - Slide
Objetivos (Leerdoelen)
Na deze les kun/ken je...
gebruiken het bijwoord in het Spaans.
praten over mijn lievelingsfilm
Slide 4 - Slide
¿Cómo estás hoy? Hoe gaat het vandaag?
Slide 5 - Poll
SO Unidad 3 ( Martes, 04 de Abril de 2023 )
Bron J
Bron K
Vocabulario 3.3
Vocabulario 3.4
Slide 6 - Slide
Gramática - BRON J
Het bijwoord - El adverbio!
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Slide
Hoe maak je het bijwoord in het Spaans? LET OP: 3 stappen!
Slide 10 - Open question
Hacer un adverbio
Stappenplan
Neem een bijv. nw rápido normal eficiente
Maak hem vrouwelijk rápida normal eficiente
Zet er -mente achter rápidamente normalmente eficientemente
Slide 11 - Slide
¿Cómo se forma el adverbio?
1. Zet het bijvoeglijk naamwoord in de vrouwelijke vorm (rápido > rápida)
- woorden die eindigen op een -e of medeklinker blijven hetzelfde, dus normal, eficiente)
2. Plak achter de vrouwelijke vorm -mente (rápida + -mente = rápidamente)
3. Je hebt het bijwoord (rápidamente, het accent blijft staan)
* Er zijn wel wat uitzonderingen
Slide 12 - Slide
El adverbio Het bijwoord
Om van een bijvoeglijk naamwoord een bijwoord te maken, neem je de vrouwelijke enkelvoudsvorm, en zet je daar -mente achter:
rápido > rápida > rápidamente
enorme > enorme > enormemente
difícil > difícil > dificilmente
Slide 13 - Slide
El Adverbio = het bijwoord
Je vormt het bijwoord met de vrouwelijke vorm van een bijvoeglijke naamwoord + MENTE.
Rápido: Rápidamente
Slide 14 - Slide
El Adverbio = het bijwoord
LET OP!
Slide 15 - Slide
Huiswerk Nakijken - Ejercicios 31 - 32
Libro de ejercicios
p. 132, 133, 134
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
¿Qué estáis escribiendo?
Persoonlijk vind ik het artikel erg goed.
Wat gaat de film over?
Personalmente opino que el artículo es muy bueno
¿De qué trata la película?
Wat zijn jullie aan het schrijven?
Slide 18 - Drag question
Traduce la siguiente oración al Español: Wij zijn een boek het samenvatten
Slide 19 - Open question
Traduce la siguiente oración al Español: Welke rol heeft hij in de film?
Slide 20 - Open question
Traduce la siguiente oración al Español: Zij spelen in de laastste film van Tim Burton
Slide 21 - Open question
Ejercicios en clase
Oef. 33c, 34 en 35 ( páginas 134-135-136)
Slide 22 - Slide
Vocabulario 3.3 - 3.4
Slide 23 - Slide
Exit ticket Wat heb je geleerd deze les?
Slide 24 - Poll
¡Hasta la próxima clase!
Slide 25 - Slide
quizizz.com
Slide 26 - Link
wordwall.net
Slide 27 - Link
Presente - Tegenwoordige tijd
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Gerundio
Met de gerundio druk je uit 'wat iemand aan het doen is'. In het Engels heet het de 'present continuous'. I am eating. Ik ben aan het eten.
In het Spaans maak je het met: een vorm van ESTAR + stam ww + ando (ww op -ar)/iendo (ww op -er of -ir)
Estoy comiendo (ik ben aan het eten) estás hablando. (jij bent aan het praten) está viviendo (hij/zij/u bent aan het wonen/leven) estamos jugando (wij zijn aan het spelen), enz.
Slide 30 - Slide
Repaso de gramática:
el gerundio = 'present continuous '
- Het gerundio heeft in het Spaans de uitgang -ando of -iendo.
in het Engels: -ing, bijv. talking
- Als je wilt zeggen dat iets aan de gang is of dat je ergens mee bezig bent dan gebruik je een vorm van estar + gerundio
Bijv: Ana está comiendo y Juan esta mirando una película
.
Het gerundium is grammaticaal gelijkwaardig aan een bijwoord (in het Spaans adverbio). Het kan beschrijven op welke manier iets plaats vindt: