This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Consumptief krediet
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Waaruit bestaan de kredietkosten?
A
Aflossing lening + rente
B
Alleen de rente
C
Alleen de aflossing
Slide 18 - Quiz
Hoeveel is de annuiteit?
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
€342.876,15
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
€342.876,15
Jaar
Beginschuld
Aflossing
Rente
Annuiteit
Eindschuld
1
€360.000
€8.464,58
€8.280
...
€351.535,42
2
€351.535,42
€8.659,27
€8.085,31
...
€342.876,15
A
€8.464,58
B
€16.744,58
C
€351.535,42
D
€17.123.85
Slide 19 - Quiz
Stel je hebt een annuiteitenhypotheek van EUR 200.000 voor 20 jaar. Je annuiteit per jaar bedraag EUR 15.000. Hoeveel rente betaal je dan in 20 jaar in totaal?
A
100.000
B
15.000
C
kun je niet uitrekenen
D
5.000
Slide 20 - Quiz
Bradley en Erica gaan lenen voor een nieuw huis bij de ING tegen een rente van 2.5%. De looptijd is 30 jaar en moet in 30 jaarlijkse annuïteiten worden afgelost. Voor het eerst op 31 dec 2015. De jaarlijkse annuïteit bedraagt 25.000€. Bereken de schuldrest op 1 jan 2030.
A
410.000€
B
292.272,80€
C
291.471,54€
D
326.375.07€
Slide 21 - Quiz
Maken
Digitaal maken cumulus test jezelf: Consumptief krediet.