Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve Perceptie Theorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie
1 / 28
next
Slide 1: Quiz in interactive video
maatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4
This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
Ersin zegt na het zien van de tweede reclame dat zijn vrouw, door het positieve stereotype dat wordt laten zien, sneller naar die winkel zou gaan. Met welke theorie heeft dit te maken?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve Perceptie Theorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie
Slide 1 - Quiz
Slide 2 - Slide
macht van de media
Hoe beïnvloed de media onze beeldvorming?
Denk aan vooroordelen, stereotype in films, series, tijdschriften.
Rolgedrag of roldoorbrekend gedrag ?
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
Welke theorie past bij 'manipulatie' en 'indoctrinatie' ?
A
Injectienaaldtheorie
B
Selectieve perceptietheorie
C
Agendatheorie
D
Framingtheorie
Slide 11 - Quiz
Vraag 7. "Je ziet wat je wilt zien en je hoort wat je wilt horen". Bij welke beïnvloedingstheorie van de media hoort deze uitspraak? (blz 79)
A
Injectienaaldtheorie
B
Framingtheorie
C
Agendatheorie
D
Theorie van selectieve perceptie
Slide 12 - Quiz
Ik volg het nieuws alleen via insta; zo zie ik tenminste niet al die bullshit.
A
Injectienaaldtheorie
B
Agendatheorie
C
Selectieve perceptie
Slide 13 - Quiz
In ieder journaal gaat het over corona dus er wordt veel over gepraat.
A
Injectienaaldtheorie
B
Agendatheorie
C
Selectieve perceptie
Slide 14 - Quiz
In ieder journaal gaat het over corona, Iedereen praat er over, maar iedereen heeft een andere mening.
A
Injectienaaldtheorie
B
Agendatheorie
C
Selectieve perceptie
Slide 15 - Quiz
Welk begrip past het beste bij de injectienaaldtheorie?
A
indoctrinatie - hersenspoelen
B
publieke opinie
C
stereotypes
D
politieke agenda
Slide 16 - Quiz
nog even herhalen en oefenen
Slide 17 - Slide
Welk woord wordt omschreven? 'Een humoristische tekening over een actuele gebeurtenis.'
A
infotainment
B
katern
C
cartoon
D
column
Slide 18 - Quiz
........................... is het bewust of onbewust keuzes maken bij het waarnemen. Wat moet op de puntjes worden ingevuld?
A
Communicatie
B
Infotainment
C
Journalistiek
D
Selectieve perceptie
Slide 19 - Quiz
Welke beschrijving hoort bij welk begrip?
de wisselwerking tussen zender en ontvanger
een middel om informatie te versturen
de reactie van de ontvanger op de boodschap van de zender
media die zich met hun communicatieboodschap tot grote groepen mensen tegelijk richten
mensen zijn met elkaar verbonden
alle internetmedia waarmee je informatie met anderen kunt delen
Medium
Feedback
Massamedia
Interactie
Sociale media
Netwerk
Slide 20 - Drag question
Eenzijdige media
Meerzijdige media
Krant
Tv
Netlflix
TikTok
Instagram
Radio
Radio
YouTube
Slide 21 - Drag question
Een kenmerk van Massamedia is dat het ..... is
A
Openbaar
B
niet openbaar
Slide 22 - Quiz
Betrouwbaar of niet betrouwbaar?
Reclame voor trilplaattrainer op www.telsell.com
A
betrouwbaar
B
niet betrouwbaar
Slide 23 - Quiz
Is de tekst betrouwbaar of niet betrouwbaar?
Een verhaal over een bekend voetbalechtpaar in de bladen Privé, Story of Weekend.
Is de tekst betrouwbaar of niet betrouwbaar?
A
betrouwbaar
B
niet betrouwbaar
Slide 24 - Quiz
Media is belangrijk voor het politieke besluitvormingsproces. Een van de redenen is dat zij de politieke agenda mee bepalen. Wat bedoelen ze met politieke agenda?
Slide 25 - Open question
Wat is Indoctrinatie?
A
Posters ophangen van evenementen
B
Ideeën opdringen via media
C
Mensen bedreigen
D
Angst voor dokters
Slide 26 - Quiz
Wat klopt niet?
A
Indoctrinatie is een extreme vorm van manipulatie
B
Indoctrinatie is langdurig eenzijdige meningen doorgeven