Vergrotingsfactor 8.1 2GL

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Vergrotingsfactor en schaal

2 mavo

H8 -Vergroten en verkleinen

Uitleg in het boek

Neem de gele stukken in je boek  door. 

Bekijk ook de voorbeeldopgaven goed. De opgaven die je gaat maken, doe je op dezelfde manier.

 Vergrotingsfactor

Als je iets wilt vergroten wil dit zeggen dat je ALLE maten van een figuur vergroot.

Belangrijke begrippen:
Origineel (oud) en beeld (nieuw). 

Vergrotingsfactor = lengte beeld : lengte origineel

Oefening

• bereken de vergrotingsfactor
• Stel dat BC = 2 cm , hoe lang is     B'C' dan?
• vergrotingsfactor = 5: 3= 1,6666...
• vergr. fact.  ≈ 1,7
• B'C'= 2 x 1,7 ≈ 3,4 cm

3 cm

5 cm

Verkleinen (= vergroten)

Bij het verkleinen van een figuur heb je ook te maken met een origineel en een beeld.

Om de 'vergrotings'factor te bepalen gebruik je dezelfde formule: 

beeld : origineel

4 : 8 = 0,5

Je vergrotingsfactor = 0,5

Verkleinen

Dit werkt precies hetzelfde als vergroten.

Kijk hoe groot het origineel is en kijk hoe groot het beeld is

dan vul je de zelfde formule weer in

vergrotingsfactor= lengte beeld : lengte origineel

Je zult zien dat de uitkomst nu tussen 0 en 1 ligt. Kijk in je boek naar het gele stuk op blz 151

Digitale opgaven

Maak de opgaven van paragraaf 8.1 in Getal en Ruimte

Smartrekenen

Deze week moet smartrekenen 14,5 uur af zijn. 

Dit telt mee voor je wiskundepunt.