3H H3 ENERGIE HERHALEN

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

3H H3 ENERGIE HERHALEN

Wat geeft de letter 'c' aan?

1. Soortelijke weerstand
2. Soortelijke warmte
3. Warmtecapaciteit
4. Warmtecoëfficïent

Wat is de eenheid van soortelijke warmte?

1. Joule (J)
2. Joule per gram (J/g)
3. Joule per graad Celsius (J/°C)
4. Joule per gram * graad Celsius (J/g*°C)

Stel... ik wil weten hoeveel energie ik moet toevoegen om 200 mL water aan de kook te brengen. Welke gegevens heb ik daarvoor nodig?

1. massa en soortelijke warmte van water
2. massa, soortelijke warmte en temperatuur van water
3. soortelijke warmte van water
4. soortelijke warmte en temperatuur van water

Even rekenen

We verwarmen 200mL water van 15°C tot het kookpunt. Hoeveel warmte moet ik toevoegen?

Noteer voor jezelf:

m = ...

c = ...

ΔT = ...

De soortelijke warmte van water is 4,2 J/g*°C

Even rekenen

We verwarmen 200mL water van 15°C tot het kookpunt. Hoeveel warmte moet ik toevoegen?

 

m = 200 gram

c = 4,2 J/g*°C 

ΔT = 100°C-15°C = 85°C

1 liter = 1 kg

1 ml = 1 g

Even rekenen

m = 200 gram

c = 4,2 J/g*°C 

ΔT = 100°C-15°C = 85°C

Q = c * m * ΔT

Q = 200 * 4,2 * 85 = 71.400 J

1 liter = 1 kg

1 ml = 1 g

Ik wil mijn bad vullen met 400 liter water van 39°C. Het water dat verwarmd moet worden heeft een begintemperatuur van 11°C. Bereken hoeveel warmte moet mijn CV ketel aan het water toevoegen voor mijn bad. Geef je berekening én antwoord.

Uitwerking

m = 400 kg       400.000 gram

c = 4,2 J/g*°C

ΔT = 39°C-11°C = 28°C

Q = c * m * ΔT

Q = 400.000 * 4,2 * 28 = 47.040.000 J

De zon geldt als een duurzame energiebron. Wat maakt een bron duurzaam?

1. De bron raakt nooit op
2. Je hebt geen fabriek nodig om de bron te gebruiken
3. Je kan het gebruiken voor verwarming en elektriciteit
4. Er ontstaat geen CO₂ bij het gebruik

In de benzinemotor van een auto vinden de volgende energie-omzettingen plaats:

1. chemische energie → bewegingsenergie + warmte
2. chemische energie → bewegingsenergie + zwaarte-energie
3. zwaarte-energie → bewegingsenergie + warmte
4. bewegingsenergie → zwaarte-energie + warmte

Zet de juiste energievormen in de pijlen.

Chemische energie

Elektrische energie

Thermische energie

Stralings energie

Bewegings energie

Zwaarte energie

Magnetische energie

Zet de juiste energievormen in de pijlen.

Chemische energie

Elektrische energie

Thermische energie

Stralings energie

Bewegings energie

Zwaarte energie

Magnetisch energie

Een lege accu wordt opgeladen. Hiervoor is 700 J elektrische energie nodig. De accu wordt daarna aangesloten op een lampje. Als de accu weer leeg is, heeft hij 500 J elektrische energie aan het lampje gegeven. De hoeveelheid warmte die tijdens het opladen en ontladen ontwikkeld is, is dan:

1. Q = 200 J
2. Q = 500 J
3. Q = 700 J
4. Q = 1200 J

Op een stofzuiger staat dat het vermogen 750 W is. Dit getal geeft aan hoeveel elektrische energie:

1. de stofzuiger verbruikt heeft.
2. de stofzuiger per keer stofzuigen verbruikt.
3. per seconde in bewegings-energie wordt omgezet.
4. de stofzuiger per seconde gebruikt.

Een gloeilamp zet in 600 seconde 60 000 J elektrische energie om in warmte en stralingsenergie. Het totale vermogen van deze gloeilamp is:

1. 60 W
2. 100 W
3. 1000 W
4. 6000 W

De drie manieren waarop warmtetransport kan plaatsvinden zijn:

1. geleiding, straling en verbranding.
2. stroming, verbranding en isolatie.
3. verbranding, geleiding en isolatie.
4. stroming, geleiding en straling.

Je pakt een kartonnen pak melk en een blikje limonade uit de koelkast. Het blikje voelt het koudst aan. Dit komt doordat:

1. blik een betere warmtegeleider is dan karton.
2. karton een betere warmtegeleider is dan blik.
3. karton niet zo koud kan worden als blik.
4. blik meer warmte uitstraalt dan karton.

De soortelijke warmte van ijzer bedraagt 0,5 J/ g*C. Aan een blokje ijzer van 50 gram wordt 125 J warmte toegevoegd. Hoeveel graden Celsius stijgt de temperatuur van het blokje?

1. 0,20 graden Celsius
2. 0,80 graden Celsius
3. 1,25 graden Celsius
4. 5 graden Celsius

Een bekerglas met 100 gram water koelt af van 90 tot 60 graden Celcius. De soortelijke warmte van het water is 4,2 J/g*C. Bij het afkoelen verliest het water aan warmte:

1. 5 J
2. 30 J
3. 3000 J
4. 12 600 J

Een verwarming zet in 14 minuten 0,2 kWh elektrische energie om in warmte.

Bereken het vermogen van de verwarming

Hoeveel energie is er nodig om een olympisch zwembad (2,5 ML) 10 graden te verwarmen?

Een gloeilamp van 100 W produceert 5 W aan zichtbaar licht. Het rendement van deze gloeilamp is:

Met welke formule bereken je de hoeveelheid warmte die nodig is om een hoeveelheid stof te verwarmen tot een bepaalde temperatuur?

1. 
2. 
3. 
4. 

Peter doet 50 g water in een warmtemeter en verwarmt het met een dompelaar van 10 W gedurende vijf minuten. Hoeveel warmte is er geproduceerd ?

1. 50 J
2. 3000 J
3. 3000 W
4. 50 W

Bereken hoeveel warmte er nodig is om 200 mL water vijf graden in temperatuur te doen stijgen.

1. 4180 J
2. 4,18 J
3. 4,1 J
4. 400 J

Bereken hoeveel warmte er nodig is om 200 mL water tien graden in temperatuur te doen stijgen.

1. 836 J
2. 4,18 J
3. 4,1 J
4. 8360 J

Hoeveel warmte moet er toegevoerd worden om de temperatuur van 3,14L water van 20 naar 82 graden Celsius te brengen

1. 813762 J
2. 13376 J
3. 4180 J
4. 62 J

Anouk wil berekenen hoeveel warmte een dompelaar in een bepaalde tijd heeft geleverd.

Wat is hiervoor de juiste formule?

1. P = U . I
2. Q = E = P . t
3. P = T = E . Q
4. Her bestaat geen formule voor.

Hoeveel warmte is nodig om 10 g glas te verwarmen van 8 tot 12 graden C? voor glas c = 0,80 J/gC

1. 0,80 J
2. 32 J
3. 80 J
4. 112 J

Hoeveel warmte komt er vrij uit 0,1 kubieke meter Aardgas
(1 kubieke meter aardgas = 32MJ)

1. 32MJ
2. 0,32MJ
3. 3,2MJ

De hoeveelheid warmte die nodig is om 1 g van een stof 1 °C in temperatuur te laten stijgen, wordt de .................................... genoemd.

1. warmte
2. soortelijke warmte
3. specifieke warmte
4. soortelijke temperatuur