Bouwsteen 1: Tekstsoorten

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Bouwsteen 1: Tekstsoorten

Welkom!

• Snel zelfstandig aan de slag = zitten aan de zijkant van het lokaal & achterin.
• Graag klassikale uitleg = zitten aan de midden tafel, vooraan. 
• Start Taalblokken op
• Start LessonUp op

Deze les

Wat: Oefeningen maken in Taalblokken. Bouwsteen 1: Voorbeeld en theorie &
Lezen en luisteren  tot en met pagina 10 (vraag 34). 

Hoe: Digitaal, via Taalblokken. Zachtjes muziek luisteren = OK

Hulp: Gebruik de theorie in Taalblokken/ Vraag de docent. 

Uitkomst: Aan het einde van de les ben je klaar met de oefeningen van Lezen en luisteren tot en met pagina 10 (vraag 34). Niet af = huiswerk

Klaar: Doorwerken tot en met pagina 16 (vraag 52). Daarna Woordenschat oefeningen Bouwsteen 1 (vraag docent).

Welke tekstsoorten ken je?

Informatief

Betogend

Instructief

Verhalend

www.nemokennislink.nl

Wat is het doel van de tekst? Tot welke tekstsoort behoort de tekst dus? Hoe ben je daarachter gekomen?

https://www.nemokennislink.nl/facesofscience/blogs/waarom-zou-je-een-taal-gaan-studeren-die-je-al-spreekt/?fbclid=PAAaZ9iYN82x6qfWzRWRk_IjWeD8IkQn0GfTut-hI0MoRijtJ-sYc5bcNrQ28/

1. Informatief
2. Betogend
3. Instructief
4. Verhalend

https://www.volkskrant.nl/eten-en-drinken/yvette-kookt-het-kerstdiner-andersom-vandaag-een-recept-voor-het-dessert-zalige-chouxnuts~bdba60b0/

1. Informatief
2. Betogend
3. Instructief
4. Verhalend

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/chipmachinefabrikant-asml-stuit-voor-het-eerst-op-verzet-van-thuisbasis-veldhoven~b5ad36df/

1. Informatief
2. Betogend
3. Instructief
4. Verhalend

https://www.volkskrant.nl/columns-opinie

Welke leesstrategieën ken je?

verkennend

globaal

zoekend/gericht

intensief

Welke strategie(ën) gebruik je om bij online zoeken te bepalen naar welke film je vanavond gaat?

1. verkennend lezen
2. globaal lezen
3. zoekend of gericht lezen
4. intensief lezen

Leerdoelen

Onthouden

Je herkent veelvoorkomende informatieve, betogende, instructieve en verhalende teksten 

Je benoemt de verschillende strategieën voor efficiënt lezen en luisteren 

Begrijpen

Je legt in eigen woorden de bedoeling uit van een schrijver of spreker van een tekst

Toepassen

Je gebruikt je kennis over tekstsoorten en de bedoeling van de schrijver bij het maken van de opdrachten in Taalblokken.

Je gebruikt verschillende strategieën voor efficiënt lezen en luisteren bij het maken van de opdrachten in Taalblokken.

Zelfstandig theorie doornemen & oefeningen maken

Bouwsteen 1: Tekstsoorten.

Start met Voorbeeld en theorie, daarna Lezen en luisteren.

Klassikaal theorie doornemen

Tekstsoorten

Teksten kunnen meer doelen tegelijk hebben, bijvoorbeeld informeren en overtuigen. Het belangrijkste doel bepaalt tot welke soort we de tekst rekenen.

Tekstsoorten

• Informatieve teksten

De schrijver of spreker geeft informatie over een bepaald onderwerp. De tekst is neutraal. De bedoeling is informeren.

• Betogende teksten

De schrijver of spreker geeft zijn mening over een bepaald onderwerp. De bedoeling is overtuigen. Daarvoor geeft hij argumenten.

Tekstsoorten

• Instructieve teksten

De schrijver of spreker legt uit hoe je iets moet doen. De bedoeling is dat je een handeling goed uitvoert.

• Verhalende teksten

De schrijver of spreker geeft geen zakelijke informatie, maar vertelt een verhaal. De bedoeling is dat je van de tekst geniet en soms dat je aan het denken wordt gezet.

Een column is een voorbeeld van een ... tekst.

1. betogende
2. informatieve
3. instructieve
4. verhalende

Het boek Boy7 van Mirjam Mous is een voorbeeld van een ... tekst

1. betogende
2. informatieve
3. verhalende
4. instructieve

Een reportage in de krant is een voorbeeld van een ... tekst.

1. betogende
2. informatieve
3. instructieve
4. verhalende

Een voorbeeld van een open vraag:

Een voorbeeld van een gesloten vraag:

Een voorbeeld van een controle vraag:

Een voorbeeld van een suggestieve vraag:

Lees- en luisterstrategieën

Je kunt een tekst op verschillende manieren lezen of naar een spreker luisteren. Dat ligt aan het doel waarmee je leest of luistert.

Lees- en luisterstrategieën

• Verkennend lezen

Als je wilt weten om wat voor tekstsoort het gaat en wat het doel van de tekst is, lees je verkennend. Je kijkt dan naar de titel, de tussenkopjes en de illustraties.

• Globaal lezen of luisteren

Als je wilt weten wat het belangrijkste is, lees of luister je globaal. Je let dan op de grote lijn, op de hoofdzaken. Bij een geschreven tekst lees je de eerste zin van elke alinea.

Lees- en luisterstrategieën

• Gericht lezen of luisteren

Als je een antwoord wilt hebben op een specifieke vraag, lees of luister je heel gericht. Je let op bijvoorbeeld een bepaald woord of een naam.

• Intensief lezen of luisteren

Als alle informatie belangrijk voor jou is, lees of luister je intensief. Bijvoorbeeld als je de inhoud moet onthouden voor een toets.

Deze les

Wat: Oefeningen maken in Taalblokken. Bouwsteen 1: Voorbeeld en theorie &
Lezen en luisteren  tot en met pagina 10 (vraag 34). 

Hoe: Digitaal, via Taalblokken. Zachtjes muziek luisteren = OK

Hulp: Gebruik de theorie in Taalblokken/ Vraag de docent. 

Uitkomst: Aan het einde van de les ben je klaar met de oefeningen van Lezen en luisteren tot en met pagina 10 (vraag 34). Niet af = huiswerk

Klaar: Doorwerken tot en met pagina 16 (vraag 52). Daarna Woordenschat oefeningen Bouwsteen 1 (vraag docent).

Ik ben in Taalblokken gebleven bij pagina

016

Ik herken veelvoorkomende informatieve, betogende, instructieve en verhalende teksten.

😒🙁😐🙂😃

Ik benoem de verschillende strategieën voor efficiënt lezen en luisteren.

😒🙁😐🙂😃

Huiswerk & volgende les:

Huiswerk:

•  Bouwsteen 1: Tekstsoorten. Voorbeeld en theorie = af. Lezen en luisteren = af tot en met pagina 10 (vraag 34)

Volgende les: 

• Wat weet je over omgaan met moeilijke woorden in een tekst?

Zoek voorbeelden van:

- Een instructieve tekst

- Een informatieve tekst

- Een betogende tekst

Informatieve tekst

Instructieve tekst

Betogende tekst