kommagetallen les 6 periode 7

1 / 19
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 8

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

In deze les leren jullie met kommagetallen te werken, jullie leren dat 1,6 groter is dan 1,06.
Verder leren jullie welk getal tussen 2 andere getallen zit.

Slide 2 - Slide

Wat zegt een komma getal jou?

Slide 3 - Mind map

Wat is het volgende kommagetal?
1,5 - 2,0 - 2,5 - 3,0 - .......
A
3,5
B
4,0
C
4,5
D
3,25

Slide 4 - Quiz

Wat is het volgende kommagetal?
1,25 - 1,50 - 1,75 - 2,00 - .....
A
2,5
B
2,05
C
2,025
D
2,25

Slide 5 - Quiz

Wat is het volgende kommagetal?
3,0 - 3,6 - 4,2 - 4,8 - ...

Slide 6 - Open question

Let op:
Een getal met 1 cijfer achter de komma, noemen we tienden.
5,8 = 5 8/10

Slide 7 - Slide

Let op:
Een getal met 2 cijfers achter de komma, noemen we honderdsten
7,45 = 7 45/100

Slide 8 - Slide

2,376+6,699=

Slide 9 - Slide

1459 + 3287 =

Slide 10 - Open question

14,59 + 32,87 =

Slide 11 - Open question

Kommagetallen hetzelfde maken
36,8 + 5,87 =

36,8 heeft maar 1 cijfer achter de komma.
5,87 heeft 2 cijfers achter de komma.

Je zorgt dat beide getallen evenveel cijfers achter de komma hebben.

Slide 12 - Slide

Schrijf de som over maar zorg dat beide getallen 2 cijfers achter de komma hebben.
6,6+5,59=

Slide 13 - Open question

Wat is het antwoord op de volgende minsom?
8,930-7,14=
A
1,81
B
18,1
C
1,79
D
17,9

Slide 14 - Quiz

Welk getal ligt precies tussen:
2,40 en 2,60
geef antwoord met 2 decimalen.

Slide 15 - Open question

Welk getal ligt precies tussen:
2,4 en 2,5

Slide 16 - Open question

Welk getal ligt precies tussen:
2,4 en 2,41

Slide 17 - Open question

Slide 18 - Video

Wat heeft is de link tussen een kommagetal en breuk

Slide 19 - Open question