What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica, bijvoeglijke bepaling en bijstelling
Grammatica
De bijvoeglijke bepaling en de bijstelling
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica
De bijvoeglijke bepaling en de bijstelling
Slide 1 - Slide
Welke zinsdelen ken je?
Slide 2 - Mind map
Zinsdelen
gezegde (werkwoordelijk of naamwoordelijk)
onderwerp
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
Even oefenen.....
Slide 3 - Slide
Het meisje stuurde haar oma gisteren een berichtje.
Benoem de zinsdelen 'haar oma' en 'een berichtje'
A
haar oma = lv een berichtje = ond
B
haar oma = mv een berichtje = ond
C
haar oma = mv een berichtje = lv
D
haar oma = ond het meisje = mv
Slide 4 - Quiz
Uitleg:
Het meisje / stuurde / haar oma / gisteren / een berichtje.
sturen = het zelfstandig ww
iemand
stuurt
iets
aan iemand
, 3 rollen, dus een ond, een lv en een mv
iemand = het meisje = ond
iets = een berichtje = lv
aan iemand = haar oma = mv
Slide 5 - Slide
Verdeel de volgende zin in zinsdelen en benoem de delen.
De leerlingen van klas 2ha4 moeten thuis hun lessen volgen.
Slide 6 - Open question
Zinsdeelstukken
Naast zinsdelen zijn er ook zinsdeelstukken die je moet kennen. Dit zijn de
bijvoeglijke bepaling
(alleen vwo) en de
bijstelling.
Slide 7 - Slide
De bijvoeglijke bepaling
Is
geen
zinsdeel.
De bijvoeglijke bepaling geeft informatie over een zelfstandig naamwoord in een zinsdeel en kan voor of achter het zelfstandig naamwoord staan.
Slide 8 - Slide
De lieve leerlingen van klas 2ha4 / moeten / thuis / hun lessen / volgen.
Staat er een bijvoeglijke bepaling in deze zin?
Zo ja, welke?
Tip! Zoek eerst de zelfstandige naamwoorden.
Slide 9 - Slide
De
lieve
leerlingen
van klas 2ha4
/ moeten / thuis /
hun
lessen / volgen.
lieve
en
van klas 2ha4
zegt iets over leerlingen.
hun
zegt iets over lessen
Dit zijn dus de bijvoeglijke bepalingen.
Slide 10 - Slide
Geef de zinsdelen aan en benoem de bijvoeglijke bepalingen (bvb)
De nieuwsgierige leerling wilde graag al die interessante onderwerpen leren.
Slide 11 - Open question
De bijstelling
Is
geen
zinsdeel, maar onderdeel van een zinsdeel.
Herhaalt datgene dat ervoor staat met andere woorden.
Staat meestal tussen komma's.
Slide 12 - Slide
Kijk eens naar de volgende zin:
Mevrouw Schuring, de docente Nederlands, verveelt de leerlingen met saaie lessen grammatica.
Wat is het onderwerp van deze zin?
Slide 13 - Slide
Mevrouw Schuring, de docente Nederlands, / verveelt / de leerlingen / met saaie lessen grammatica.
Mevrouw Schuring, de docente Nederlands = het onderwerp
Wat valt je op aan het deel tussen de komma's?
De bijstelling is dus onderdeel van een zinsdeel en herhaalt in andere woorden wat ervoor staat.
Slide 14 - Slide
Marc Rutte, de premier van Nederland, gaat altijd op zijn fiets naar het werk.
Hoe noem je het deel 'de premier van Nederland'?
A
een bijwoordelijke bepaling
B
het onderwerp
C
een bijstelling
D
een bijvoeglijke bepaling
Slide 15 - Quiz
Zelfstandig werken
Heb je al gekozen voor het maken van havo-toetsen, dan kun je nu beginnen met de opdrachten die in de planner staan.
Succes!
Slide 16 - Slide
Bijwoordelijke of bijvoeglijke
bepaling?
Soms worden deze bepalingen door elkaar gehaald.
Wat is het belangrijkste verschil tussen deze twee bepalingen?
De bwb is een zinsdeel, de bvb is onderdeel van een zinsdeel.
Slide 17 - Slide
bwb of bvb?
In een park
in Apeldoorn
staat een monument voor de Tweede Wereldoorlog.
In Apeldoorn
staat het monument van de man met de twee hoeden.
Slide 18 - Slide
bwb of bvb?
In een park
in Apeldoorn
/ staat / een monument voor de Tweede Wereldoorlog.
In Apeldoorn
/ staat / het monument van de man met de twee hoeden.
Slide 19 - Slide
Benoem het onderstreepte (zins)deel:
Op een klein eiland in de Atlantische Oceaan
woont een Zweedse familie.
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 20 - Quiz
Benoem het onderstreepte (zins)deel:
Op een
klein
eiland
in de Atlantische Oceaan
woont een Zweedse familie.
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 21 - Quiz
Zelfstandig werken
Maak de volgende opdrachten:
Grammatica, blok 1: opdracht 5, 6 en 9 (vwo) en blok 2: opdracht 1 (iedereen, havo zonder bvb) en 2 (vwo)
Meer oefenen? Zie de linkjes in de planner
Slide 22 - Slide
More lessons like this
Ma 24 juni bijwoordelijke en bijvoeglijke bepaling
June 2024
- Lesson with
35 slides
Grammatica herhaling en wg/ng
January 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
V2 H3 Bvb en obwb
March 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H4 bijv. bepalingen
March 2021
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Zinsontleding; bvb, bijstelling en vzv - instructie h3a
September 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2x BME - Les 2 grammatica zinsontleding
February 2022
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H4 bvb
February 2021
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
5.4 Bijvoeglijke bepaling en bijstelling
March 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2