T1|Hoofdstuk 3: Goederen- en documentenstroom|herhaling

• Logistiek
• Secundair onderwijs

De goederenstroom binnen het bedrijf tussen afdelingen.

1. Externe goederen- en documentenstroom
2. Interne goederen- en documentenstroom

Opslaan van goederen betekent

1. picken voor verzending
2. in ontvangst nemen
3. documenten klaarmaken
4. op de juiste locatie zetten

Documenten aanwezig bij de levering

1. Bestelbon, pakbon
2. CMR + pakbon
3. Bestelbon + CMR

De goederen- en documentenstroom van de handelaar naar de klant.

1. Externe goederen- en documentenstroom
2. Interne goederen - en documentenstroom

Een vervoerdocument waarbij alle goederen in detail worden beschreven.

1. CMR
2. Pakbon
3. Bestelbon

Het document waarop alleen het aantal colli staat en een vage omschrijving van de goederen.

1. Pakbon
2. CMR

Een ondertekende vrachtbrief =

1. bewijs betaling
2. bewijs ontvangst goederen

Het lossen van goederen bestaat erin om

1. goederen te sorteren volgens locatie
2. Goederen vervoeren met ITM naar locatie
3. Goederen op de juiste locatie opslaan
4. Opsturen

Een magazijnmedewerker of

1. logistiek manager
2. warehouse medewerker

de 4 O's

1. ontvangen, opslaan, orderverzamelen en opsturen
2. Ontvangen, lossen, controleren, opslaan
3. ontvangen, opsturen, opslaan en orderpicken

Orderverzamelen

1. orderpicken
2. opsturen

opslaan

1. opsturen
2. op de juiste locatie brengen

Deze documenten gebruik je om een levering te controleren.

1. pakbon, vrachtbrief, bestelbon, factuur
2. bestelbon, factuur
3. factuur
4. pakbon, offerte

Een transpallet of een

1. handpallettruck
2. steekkar
3. motorisch transpallet

Een transpallet motorisch aangedreven

1. heftruck
2. motorpallettruck

Een gsm is een

1. kleingoed
2. langgoed
3. grootgoed

Een auto is

1. langgoed, kleingoed
2. bulkgoed
3. vast goed, grootgoed en een stukgoed

Een hoop zand is

1. een stukgoed
2. een bulkgoed

Handbediend, laag heffend en voor dozen, flessen gas mee te vervoeren.

1. transpallet
2. heftruck
3. steekwagen