K5 Lesen, Wörter und hören

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

K5 Lesen, Wörter und hören

Pak je boek (papier) erbij op blz. 158
en je telefoon.

Doel:

Ik ken nieuwe Duitse woorden.

Ik kan een Duitse tekst lezen.
Ik kan Duits verstaan.

Lesen: Begrijp jij waar het over gaat?

Je leest zo een stukje of een zin in het Duits. Vertel wat je las. 

Einladung

Hi! Am Samstag habe ich Geburtstag und ich möchte euch zu einer Grillparty bei mir zu Hause einladen. 

Waar ging dit over? Schrijf zoveel mogelijk details op.

De uitnodiging voor het feestje gaat als volgt verder....

Ich erwarte euch dann um sieben Uhr. Ich hoffe, dass ihr alle kommt! Schreibt mir bitte so bald wie möglich, ob ihr kommen könnt.

Waar ging dit over? Schrijf zoveel mogelijk details op.

en verder...

Am Freitag gehe ich einkaufen. Was esst ihr gerne? Und möchtet ihr Pommes oder lieber Kartoffelsalat dazu? Und Fleisch oder Fisch? Und hast du eine Allergie, oder? 

Liebe Grüβe Lena

Schrijf weer zoveel mogelijk details op.

al het vloeibare...

der Salat

das Obst

der Teller

der Kaffee

der Löffel

der Reis

der Zucker

das Salz

das Gemüse

Speisekarte

das Messer

die Gabel

das Fleisch

der Tee

Orangensaft

trinken

essen

die Nudeln

die Tasse

01:30

Hoe worden de jongen van de eekhoorn geboren?

1. met het kopje eerst
2. met de voorpoten eerst
3. met de achterpoten eerst

01:56

Hoeveel jongen kunnen er maximaal geboren worden?

1. 3
2. 6
3. 4
4. 2

02:18

Hoeveel verschillende soorten eekhoorns zijn er en op hoeveel continenten bestaan ze?

1. 280 soorten en 4 continenten
2. 80 soorten en 4 continenten
3. 80 soorten en 6 continenten
4. 280 soorten en 6 continenten

03:26

Waarom moeten chipmunks veel noten hamsteren?

1. Omdat de noten anders wegrotten op de grond
2. Omdat de sneeuw straks alles bedekt
3. Omdat ze geen vetreserves kunnen opbouwen
4. Omdat andere dieren anders alles pakken

03:47

Hoeveel noten kunnen ze in hun wangen kwijt en waarom doen ze dat?

1. 7, het spaart heen en weer ge-ren en daarmee tijd
2. 4, het spaart heen en weer ge-ren en daarmee energie
3. 4, het spaart heen en weer ge-ren en daarmee tijd
4. 7, het spaart heen en weer ge-ren en daarmee energie

05:05

Wat doet de buurman eekhoorn?

1. Hij ruilt een noot voor een blad, dat mag en is normaal
2. Hij is lui en steelt daarom een noot

05:58

Welke stelling klopt?

1. eekhoorns hebben met zijn tweeën één voorraad
2. eekhoorns leven alleen en dulden geen anderen bij hun voorraad
3. eekhoorns leven alleen, maar hebben een gezamenlijke voorraad
4. eekhoorns leven samen