H4, §2: Mijn keuze

Hoofdstuk 4, §2:
Mijn keuze

Deltion ICT Lyceum
2024-2025
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4, §2:
Mijn keuze

Deltion ICT Lyceum
2024-2025

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik vorige les
▸ §1: Democratie, hoezo?
     Terugblik vorige les

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
▸ Kun je uitleggen wat actief kiesrecht en passief kiesrecht zijn.
▸ Kun je de begrippen politieke partij, lijsttrekker en politieke stroming uitleggen.
▸ Begrijp je hoe je je invloed kunt gebruiken bij verkiezingen.
▸ Kun je de politieke stromingen in Nederland beschrijven.
▸ Weet je welke politieke partijen het beste bij jou passen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

Bekijk de video: Jongeren willen meer betrokken zijn bij de democratie: 'Verkiezingen en referenda' (WNL).

Introductie van het onderwerp:
In Nederland heeft iedereen vanaf 18 jaar met de Nederlandse nationaliteit het recht om te stemmen. Dit noemen we algemeen kiesrecht. Alleen in uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld wanneer iemand uit het kiesrecht is ontzet, kan dit recht worden ontnomen. Bij verkiezingen stem je op een kandidaat die deel uitmaakt van de kandidatenlijst van een politieke partij.

In deze les staan kiesrecht en verkiezingen centraal. Hoe verlopen verkiezingen eigenlijk? En waarom is het belangrijk om je stem uit te brengen?
Verkiezingsuitslag:
zo stemden 18 tot 35-jarigen

Slide 5 - Slide

Veel jongeren denken dat hun stem niet telt.

Bekijk de afbeelding op de slide:
Op de afbeelding zie je hoe mensen tussen de 18 en 35 jaar hebben gestemd tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van 2023. De bovenste cijfers laten zien wat de algemene prognoses waren, terwijl de onderste cijfers laten zien hoe jongeren tussen 18 en 35 jaar hebben gestemd.

Leg uit:
De verkiezingsuitslag zou anders zijn geweest als alleen jongeren hadden gestemd. Dit laat zien dat de stemmen van jongeren wel degelijk invloed hebben. Iedereen die stemt, draagt bij aan de uitslag!  
Stemrecht
(officieel: kiesrecht)
Wat is stemrecht (kiesrecht)?
Of je nu wel of niet denkt dat stemmen zin heeft, het is een feit dat we stemrecht hebben. Dit recht staat in de Grondwet.
Soorten kiesrecht:
- Actief kiesrecht: Dit is het recht om te stemmen bij verkiezingen.
- Passief kiesrecht: Dit is het recht om jezelf verkiesbaar te stellen bij verkiezingen.  

Slide 6 - Slide

Uitleg:
Als volwassen Nederlander heb je kiesrecht. Dit betekent dat je mag kiezen wie jou vertegenwoordigt, bijvoorbeeld in de gemeenteraad of in de Tweede Kamer. Je stemt op een persoon van een politieke partij.

Er zijn twee soorten kiesrecht:
- Actief kiesrecht: Dit betekent dat je mag stemmen tijdens een verkiezing.
- Passief kiesrecht: Dit betekent dat je jezelf kandidaat kunt stellen voor een verkiezing, bijvoorbeeld om lid te worden van het parlement.

Vraag:
- Wat is er actief aan stemmen? En wat is er passief aan jezelf verkiesbaar stellen?
- Kennen jullie iemand die politiek actief is of misschien zelfs verkiesbaar is geweest?  
❛Mensen die in de gevangenis zitten zouden geen kiesrecht mogen hebben.❜

Slide 7 - Slide

Uitleg:
Niet iedereen in Nederland heeft kiesrecht. Dit zijn de uitzonderingen:
- Mensen onder de 18 jaar mogen niet stemmen.
- Een kleine groep mensen heeft door een rechter hun kiesrecht verloren, bijvoorbeeld bij een gevangenisstraf van minimaal een jaar. Dit gebeurt echter zelden.
- Verstandelijk beperkten hebben wel stemrecht, maar ze moeten zelfstandig stemmen. Mensen met een geestelijke beperking mogen geen hulp krijgen in het stemhokje.

Laat de studenten reageren op de stelling:
- Vinden jullie dat mensen in de gevangenis zouden mogen stemmen? Waarom wel of niet?

Vervolgvragen:
- Zou het kiesrecht vanaf 16 jaar moeten gelden, of juist zo blijven? Misschien zelfs vanaf 21 jaar?
- Vinden jullie het eerlijk dat verstandelijk beperkten niet geholpen mogen worden bij het stemmen? Waarom wel of niet?  

Politieke
partijen


Een politieke partij is een organisatie die
deelneemt aan verkiezing om invloed te
hebben op politieke besluiten.

Slide 8 - Slide

Uitleg:
Een politieke partij is een organisatie die ideeën heeft over hoe de samenleving zou moeten functioneren. Deze ideeën proberen ze te realiseren door mee te doen aan verkiezingen en zo invloed te krijgen op politieke beslissingen. Politieke partijen vertegenwoordigen de belangen van groepen mensen in de samenleving en werken aan oplossingen voor maatschappelijke problemen.

Er zijn verschillende soorten politieke partijen: sommige richten zich op brede thema’s, zoals economie, klimaat en zorg, terwijl andere meer specifieke doelen hebben, zoals dierenwelzijn of jongerenbelangen. Politieke partijen presenteren hun plannen in een verkiezingsprogramma, waarmee ze proberen kiezers te overtuigen op hen te stemmen.

Opdracht:
Geef de studenten 1 minuut de tijd om zoveel mogelijk politieke partijen op te schrijven die ze kennen.

Slide 9 - Link

Uitleg:
De Tweede Kamer is de landelijke volksvertegenwoordiging van Nederland. Hier worden belangrijke besluiten genomen en wordt de regering gecontroleerd. (In les 4.3 gaan jullie dieper in op wat de Tweede Kamer precies doet.)

Interactieve pagina van ProDemos:
Open de interactieve pagina van ProDemos (de link staat op de slide) om de huidige zetelverdeling in de Tweede Kamer te bekijken. Je kunt zien hoeveel zetels elke partij heeft en waar ze in de Kamer zitten. Klik rechtsonder op ‘oplossing’ om ook de foto’s van de lijsttrekkers te zien.

Dit is de huidige zetelverdeling in de Tweede Kamer sinds de laatste verkiezingen. De plek waar politieke partijen zitten, hangt af van hun politieke standpunten.

Uitleg:
Of een partij meer links of rechts zit, hangt af van de ideeën van die partij. De links-rechtsverdeling in de Tweede Kamer wordt bepaald vanuit het perspectief van de voorzitter. Links en rechts verschillen in hun standpunten over onderwerpen zoals economie, zorg, en milieu.

Vragen aan de klas:
- Wat valt je op aan de zetelverdeling?
- Welke partij is momenteel de grootste?
- Welke politieke partijen ken je al?
- Weet je of deze partijen meer links of rechts zijn?
- Wat denk je in het algemeen: is links of rechts beter? Waarom?  

Slide 10 - Video

Bekijk het filmpje:
Links en rechts… hoe zit dat nou? (NOS op 3). In dit filmpje wordt kort en helder uitgelegd wat het verschil is tussen linkse en rechtse politieke partijen.

Vraag aan de studenten:
Kunnen jullie voorbeelden noemen van standpunten die typisch links of typisch rechts zijn? Denk bijvoorbeeld aan thema’s zoals belasting, zorg, onderwijs, klimaat of economie.
Idealen

Slide 11 - Slide

Bekijk de afbeelding op de slide:
Op de afbeelding zie je de belangrijkste idealen van het socialisme en het liberalisme.

Leg uit:
- Socialisme legt de nadruk op gelijkheid, solidariteit en het verkleinen van verschillen tussen arm en rijk. Het gaat erom dat iedereen gelijke kansen krijgt en dat mensen elkaar ondersteunen, bijvoorbeeld via sociale voorzieningen.
- Liberalisme benadrukt vrijheid, verantwoordelijkheid en het recht van het individu om eigen keuzes te maken. Het draait om minder overheidsbemoeienis en meer ruimte voor persoonlijke ontwikkeling en ondernemerschap.

Vraag aan de studenten:
- Als je één waarde mag kiezen, welke vind je het belangrijkst of ben je het meest mee eens?
- Waarom is deze waarde voor jou zo belangrijk?

Vervolg:
Laat studenten hun keuze toelichten en bespreek verschillen in hun antwoorden. Vraag eventueel hoe deze waarden terugkomen in het dagelijks leven of in maatschappelijke discussies.

Slide 12 - Video

Bekijk het filmpje:
Hoe bepaal je waar je op stemt? (ProDemos).

Leg uit:
Partijprogramma’s zijn vaak erg uitgebreid, en het kan lastig zijn om te ontdekken welke partij het beste bij je past. Om dit sneller te doen, kun je een online stemwijzer invullen. In het filmpje worden een paar voorbeelden van stemwijzers genoemd. Deze helpen je inzicht te krijgen in welke partijen aansluiten bij jouw ideeën en waarden.

Bespreek:
Politieke partijen proberen zoveel mogelijk mensen te overtuigen van hun standpunten door campagne te voeren. Ze doen dit op verschillende manieren, zoals:
  • Het ophangen van posters.
  • Het verspreiden van folders.
  • Het deelnemen aan debatten.
  • Het maken van tv-spotjes.
Veel campagnes worden tegenwoordig online gevoerd, vooral via sociale media. Dit biedt partijen het voordeel dat ze hun advertenties en boodschappen specifiek kunnen richten op bepaalde groepen mensen.

Belangrijk voor kiezers:
Hoewel online campagnes handig zijn, kunnen ze ook nadelen hebben. Omdat advertenties specifiek gericht zijn, loop je het risico dat je niet alle informatie over andere partijen of standpunten te zien krijgt. Daarom is het belangrijk om zelf actief op zoek te gaan naar informatie, zodat je een goed geïnformeerde keuze kunt maken.

Vraag aan de studenten:
- Wat vinden jullie van het idee dat online advertenties specifiek op jullie gericht kunnen zijn?
- Hoe zouden jullie ervoor zorgen dat je voldoende informatie krijgt om een weloverwogen keuze te maken?  
Aan de slag!
Opdracht 6, 7, 8, 9 & 10
Maak opdracht 6, 7, 8, 9 & 10 vanaf
bladzijde 160 in je werkboek.
timer
15:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Succes deze week, en
tot de volgende les!

Slide 14 - Slide

This item has no instructions