à + lidwoord & de + lidwoord

wat betekent
à?

en wat betekent
'de'?

hoe zeg je in het Frans:
het station?

1. le gare
2. la gare

hoe zeg je dan:
'naar het station'?

en hoe:
'naar het hotel'?

Wat is in het Frans:
de bioscoop?

1. le bios
2. la bios
3. le cinéma
4. la cinéma

en hoe zeg je dan:
'naar de bioscoop?'

Wat is in het Frans:
de wedstrijden?

1. les matchs
2. les games
3. les match
4. les game

hoe zeg je dan:
'naar de wedstrijden?'

ongeveer hetzelfde gebeurt met 'de':

de + le --> du

de + la  --> de la

de + l' --> de l'

de + les  --> des 

de + le --> du

de + la --> de la

de + l' --> de l'

de + les --> des 

dus hoe zeg je dan:
'van de jongen'?

de + le --> du

de + la --> de la

de + l' --> de l'

de + les --> des 

en hoe zeg je:
'van het meisje'?
(fille)

de + le --> du

de + la --> de la

de + l' --> de l'

de + les --> des 

en:
'van het hotel'?

Tekstde + le --> du

de + la --> de la

de + l' --> de l'

de + les --> des 

en tenslotte:
'van de ouders'?

dus wat moet je goed
leren bij elk zelfs nw?