Les 2.7 Engels handel niveau 2&3 BBL

• Engels
• MBO
• Studiejaar 1

Les 2.8 Engels handel niveau 3 

Programma

1. Datum leesexamen

2. Uitleg leesstrategieen

3. Woordquiz

4. Leesoefening

Lees examen

Woensdag 14 februari

Lees strategieen:
Wat zijn dat ook alweer?

Wat voor soorten teksten lezen we dagelijks allemaal?

Leesstrategieën

• Voorspellen aan de hand van de plaatjes en de titel 
• wat voor soort artikel is het: advertentie, internetartikel, gedicht etc.
  
• Skimmen - waar gaat de tekst ongeveer over, lees vergedrukte stukjes, 1e regel van de alinea
• Scannen - zoeken naar specifieke informatie bv. een getal, een naam (de rest hoef je niet te lezen)
• Je snapt het woord niet? probeer te raden, lees de context, lijkt het op een woord uit een andere taal, knip het in stukjes -> laatste redmiddel: woordenboek KOST TIJD

DE VIER LEES STRATEGIEN

Oriënterend lezen >> voorspellen (kennis van het onderwerp)

Globaal lezen >> vlot doorlezen en begrijpen (skimmen, talent)

Zoekend lezen >> bekijken en vinden (scannen, paragrafen)

Intensief lezen >> alles grondig lezen

Voordat je begint scan je het geheel en ga je.....?

eerst

tweede

derde

vierde

titel/kopjes bekijken

foto bekijken

vragen doorlezen

signaalwoorden zoeken

Welke lees strategie gebruik je bij een kortere tekst?

1. Oriënterend lezen
2. Globaal lezen
3. Zoekend lezen
4. Intensief lezen

En wanneer best snel Engels kunt lezen en begrijpen?

1. Oriënterend lezen
2. Globaal lezen
3. Zoekend lezen
4. Intensief lezen

Waarom is het goed om deze lees strategieën te kennen en te kunnen toepassen?

1. de docent vindt dit leuk
2. tijdsbesparing voor toetsen en examens
3. stress verminderen en vertrouwen geven

Soorten vragen

Open vragen: 

- vraag in NL beantwoord je in NL

- citeren doe je in het Engels

Meerkeuze vragen/juist-onjuist vragen:

- probeer eerst zelf het antwoord te bedenken voordat je de opties doorleest

- streep de onjuiste antwoorden meteen weg (niet op de toets!)

- soms klopt een antwoord wel maar is het niet is het niet het antwoord op de vraag

- soms moet je het minst slechte antwoord kiezen

Maar: vul altijd iets in, ook als je het echt niet weet. 

Signaalwoorden

Geven vaak een verband aan in een tekst bv. tussen alinea's of tussen zinnen

Kan een tegenstelling of het tegenovergestelde weergeven

Kan een opsomming weergeven

Kan oorzaak-gevolg weerggeven

Kan een vergelijking weergeven

NL: omdat, maar, ook, hoewel, bovendien, net als etc.

Woordquiz

Ken jij deze woorden? 

Vertaal ze.

and

but

also

because

eventually

that's why

purpose

1. opzettelijk
2. doel
3. misschien
4. alhoewel

achieve

1. werken
2. instemmen met
3. bereiken
4. het is maar goed dat

develop

1. ontwikkelen
2. aantrekken
3. duidelijk
4. opvoeding

increase

1. vergroten
2. afname
3. oplossing
4. toename

violence

1. vriendelijk
2. onderzoek
3. geweld
4. in elkaar slaan

average

1. op leeftijd
2. oudere
3. bos
4. gemiddelde

common

1. computerprogramma
2. website
3. forens
4. gewoon

aan de slag

1. Online lees examen oefenen in Facet

2. Lees oefening op papier

leesexamen maken

https://oefenen.facet.onl/facet/pages/oefen/mbo/?menu=3_2

Volgende les:

Oefen examen maken