- Neem de kopie erbij.
- Arceer en schrijf erbij wat je belangrijk vindt:
fictie / non-fictie, genres, realistisch/niet-realistisch, personages: hoofdpersonen, bijfiguren, karakter, type, helper, tegenstander, slachtoffer, held, tijd: verteltijd / vertelde tijd, spanning, ruimte, vertelperspectief, thema, motieven, beoordelingswoorden….