Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd correct spellen.
Ik kan werkwoorden in de gebiedende wijs correct spellen.
Slide 4 - Slide
pv-tt-ev ik-vorm
De stam van een werkwoord is het werkwoord zonder -en aan het eind. Soms zijn de ik-vorm en de stam hetzelfde, maar vaak moet je de stam aanpassen om de ik-vorm goed te spellen.
Slide 5 - Slide
werkwoord stam ik-vorm
lachen lach lach
lopen lop loop
zweven zwev zweef
reizen reiz reis
Let op bij s-z woorden en f-v woorden.
Slide 6 - Slide
Wanneer gebruik je de ik-vorm?
Als ik het onderwerp is: Ik loop door het bos.
Loop ik door het bos?
Als je of jij achter de pv staat:
Loop jij door het bos?
Krijg jij een ijsje?
Bij de gebiedende wijs (bevel, let op uitroepteken)
Kom hier!
Maak je huiswerk!
Slide 7 - Slide
pv-tt-ev hij-vorm
De hij-vorm maak je door t achter het werkwoord te schrijven:
Hij loopt
Hij fietst
Hij slaapt
Slide 8 - Slide
Wanneer gebruik je de hij-vorm?
Als hij of zij het onderwerp is: Hij loopt door het bos.
Bij personen of dingen in het enkelvoud.
Het personeel ontvangt een bonus.
De stoel staat in de keuken.
Als je of jij onderwerp is en voor de pv staat:
Jij verft de deur.
Je helpt mij goed vandaag.
Slide 9 - Slide
werkwoorden op -d
Veel mensen maken fouten met werkwoorden met stam op -d.
Probleem 1: je hoort een t, maar schrijft een d: ik word
Probleem 2: de d blijft staan, ook als er t achter komt: jij wordt
Bij twijfel, gebruik het werkwoord smurfen.
Slide 10 - Slide
persoonsvorm tegenwoordige tijd meervoud
(pv-tt-mv)
Heeft maar één vorm: de wij-vorm
De wij-vorm maak je door het hele werkwoord te schrijven:
Wij lopen
Jullie fietsen
Zij rennen
Slide 11 - Slide
Wanneer gebruik je de wij-vorm?
Als wij, jullieof zij het onderwerp is: Wij klimmen in een boom.
Jullie lopen door de stad.
Zij zwemmen in de rivier.
Bij personen of dingen in het meervoud.
De leerlingen krijgen hun rapport.
De schoenen staan in de kast.
Slide 12 - Slide
onregelmatige vormen
Slide 13 - Slide
onregelmatige vormen
Het Nederlands heeft ook een aantal onregelmatige vormen.
De ik-vorm, jij-vorm of hij-vorm wordt dan anders gespeld dan bij gewone werkwoorden.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
gebiedende wijs
zinnen met een bevel erin
in zinnen met een gebiedende wijs staat geen onderwerp
Slide 16 - Slide
gebiedende wijs
ik-vorm tt : luister naar je leraar / kijk goed uit / doe de deur dicht
Slide 17 - Slide
dus: ik-vorm bij
pv-tt als ik voor of achter de pv staat : ik zwem, vind ik
pv-tt als je/jij achter de pv staat: kom je? / luister je?
gebiedende wijs: neem iedere les een boek mee
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
zelfstandig werken
weektaak:
Hoofdstuk 1 Spelling (werkwoorden): 1 t/m 4
extra oefenen? -> Nieuw Nederlands online -> trainen
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
zelfstandig werken
weektaak:
Hoofdstuk 1 Spelling (werkwoorden): 1 t/m 4
extra oefenen? -> Nieuw Nederlands online -> trainen
Slide 22 - Slide
doel
Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd correct spellen.
Ik kan werkwoorden in de gebiedende wijs correct spellen.