Par. 6.1 Op zoek naar Indië

Par. 6.1: Ontdekkingsreizen
1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Par. 6.1: Ontdekkingsreizen

Slide 1 - Slide

Leerdoel
1. Je weet waarom Europeanen op ontdekkingsreizengingen en wat zij vonden.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide


Nieuwe contacten

Steden in Noord-Italië gingen handelen met Azië en het Midden-Oosten. Gevolgen: kennismaking met nieuwe culturen, kennis en wetenschap uit de Oudheid (Grieken en de Romeinen).

Slide 6 - Slide

Anders denken over het leven en de dood
  • Memento mori (Gedenk te sterven), wordt carpe diem (Pluk de dag)

  • Mensen gaan meer leven voor het leven nu, en niet voor het leven na de dood

  • God en geloof blijven heel erg belangrijk, maar het vertrouwen in de kerk wordt minder

Slide 7 - Slide



Tussenhandel (zijderoute): de producten uit Indië werd steeds doorverkocht. Door deze tussenhandel werden de producten erg duur. De Europese handelaren wilden zelf de specerijen halen uit Indië (om winst te maken).

Slide 8 - Slide

Kenmerken van de Renaissance-kunst (1)
  • Wedergeboorte van de Griekse- en Romeinse kunst/cultuur
  • Realistisch
  • Veel details
  • Perspectief (weergeven van diepte)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Specerijen
  • Erg interessant, meer smaak, langere houdbaarheid, 'medicijn'.

  • Groeit alleen in Zuidoost-Azië.

  • Door lange route, met veel tussenhandel zijn specerijen peperduur.

Slide 11 - Slide

Europese landen willen zelf winst maken
  • Vasco da Gama maakt als eerste Europeaan de zeereis naar India (1498)

  • Ze bouwden forten langs de route om hun macht langs de kunsten van Afrika en Azië te behouden.

  • Portugezen houden deze weg naar  India strikt geheim

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

De reis van Columbus
  • Spaanse koning en koningin wilde ook een zeeroute naar Indië vinden, want dat levert geld op. Ze sponsorde Columbus.
  • Columbus dacht dat de wereld rond was (Toscanelli).
  • Hij bereikte Amerika, maar dacht dat Indië was.
  • Andere ontdekkingsreizigers volgden de zeeroute. 
  • De gebieden die ontdekt werden, kwamen in handen van de Spaanse koning.

Slide 15 - Slide

1

Slide 16 - Video

Slide 17 - Slide

De reis van Willem Barentsz
  • Nederlanders willen ook een eigen route naar Indië vinden!

  • Wat ligt achter het ijs van Scandinavië? 

  • Noordelijke route naar Indië.

Slide 18 - Slide

Nova Zembla
  • In 1596 werd het schip van Barentsz verbijzeld door het ijs.
  • Barentsz en zijn mannen bouwden een huis aan de kunst van Nova Zembla, waar ze de winter doorbrachten.
  • Barentsz overleefde te terugtocht niet, maar liet een dagboek achter.

Slide 19 - Slide

Eerste Nederlanders in Azië
  • Cornelis de Houtman (spion) komt in 1596 als eerste Nederlander in Oost-Indië aan

  • Opbrengst net voldoende om de kosten eruit te krijgen, vooral door verkeerde ruilmiddelen.

  • Toch is het doel bereikt: een route via Kaap de Goede Hoop is bewezen

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Renaissance
  • Betekent: wedergeboorte van de Griekse en Romeinse kunst en cultuur

  • Periode tussen ongeveer 1450-1600

  • Ontstaat in Italië

Slide 23 - Slide

Waarom in Italië? (1)
  • Veel overblijfselen uit de Romeinse tijd

  • Door handel: meer geld en contacten met andere culturen (Afrika, Midden-Oosten, Azië)

  • Genieten van luxe spullen

Slide 24 - Slide

Waarom in Italië? (2)
  • Rijke Italianen willen kunst (van zichzelf)

  • Kunstenaars krijgen daarom veel geld

  • Kunst wordt daardoor steeds beter

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide