This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Quiz H7: Geluid
Slide 1 - Slide
Sleep de eenheden naar de bijbehorde grootheden
Frequentie
Trillingstijd
Afstand
(Geluids)snelheid
Geluidssterkte
Hertz (Hz)
Seconden
Meter
m/s
Decibel (dB)
Slide 2 - Drag question
Op 142m boven zich ziet Karin een vuurpijl ontploffen. Hoeveel later hoort Karin de knal?
A
0,1 s
B
0,2 s
C
0,3 s
D
0,4 s
Slide 3 - Quiz
Hoe noemen we het apparaat waarop we geluidstrillingen zichtbaar kunnen maken?
Slide 4 - Open question
Met welk oor worden de lagere tonen beter gehoord?
A
Linker oor
B
Rechter oor
Slide 5 - Quiz
Onderzoekers hebben ontdekt dat dolfijnen diep in de zee geluid maken en zo met elkaar ‘praten’. Door welk medium gaat dit geluid?
Slide 6 - Open question
Sjors roept zijn naam in een 42 m diepe put. Bereken hoe lang het duurt voordat Sjors zijn echo hoort.
A
0,1 s
B
0,2 s
C
0,3 s
D
0,4 s
Slide 7 - Quiz
Ergens in het heelal vindt een enorme explosie plaats. Waarom kunnen wij deze op aarde nooit horen?
A
De afstand is veel te groot.
B
Er is geen tussenstof in het heelal.
C
Er zijn veel te veel geluiden waar dit geluid in verdwijnt.
Slide 8 - Quiz
Welke van de getekende situaties de trombone de laagste toon maakt.
A
Bovenste
B
Onderste
Slide 9 - Quiz
Een trillende gitaarsnaar voert in een halve minuut 6000 trillingen uit. Bereken de frequentie van deze trillende gitaarsnaar. Geef alleen het getal dus zet er geen Hz achter.
Slide 10 - Open question
Een toon heeft een frequentie van 30Hz en een geluidssterkte van 20dB. Kunnen wij deze toon horen?
Slide 11 - Open question
Sleep de vormen van geluidsoverlast bestrijden naar de goed plek.
Bij de bron
Tussen de bron en de ontvanger
Bij de ontvanger
Geluidsschermen
Een knalpijp op een benzinemotor monteren.
Oorkappen
Lawaaiige vliegtuigen niet tot Nederland toelaten.
Dubbel glas in een huis waar veel harde muziek gespeeld wordt.
Slide 12 - Drag question
Een gitarist draait een snaar iets strakker. Wat gebeurt er met de toonhoogte?
A
Hoger
B
Lager
C
Blijft gelijk
Slide 13 - Quiz
Hoeveel trillingen zijn er in het golfspoor zichtbaar?
Slide 14 - Open question
Een hommel maakt met zijn vleugels een brommend geluid. De frequentie van dat geluid is 250 Hz. Hoe lang duurt een volledige trilling van de vleugels?
A
0,001 s
B
0,002 s
C
0,003 s
D
0,004 s
Slide 15 - Quiz
Op de oscilloscoop is een toon afgebeeld. De tijdbasis is ingesteld op 0,2 ms/div. Bepaal de frequentie van deze toon. Zorg dat je de eenheid niet vergeet!
Slide 16 - Open question
Een pianotoets wordt twee keer aangeslagen. Eerst zacht, dan hard. Wat verandert er aan de geluidstrilling?
A
De amplitude
B
De frequentie
C
De amplitude en de frequentie
D
Er veranderd niks
Slide 17 - Quiz
Bij een solo van een saxofonist meet Tom op 5 m van het podium een (gemiddelde) geluidssterkte van 93 dB. Even later doen er nog drie andere saxofonisten mee die allen even hard spelen. Wat zal de dB-meter nu aangeven?