Herhaling bs 4.1, 4.2 en 4.3

Herhaling bs 4.1, 4.2 en 4.3
2MB
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herhaling bs 4.1, 4.2 en 4.3
2MB

Slide 1 - Slide

Wat voor geslachtskenmerken zijn schaamhaar en okselhaar?
A
Primair
B
Secundair

Slide 2 - Quiz

Op welke manieren verander je in de puberteit?

Slide 3 - Open question

Wat is niet een voorbeeld van geestelijke veranderingen in de puberteit?
A
Meer belangstelling voor andere mensen
B
Verliefd worden
C
Je wilt niet meer als kind behandeld worden
D
De groeispurt begint

Slide 4 - Quiz

Secundaire geslachtskenmerken ontstaan tijdens de puberteit
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Sleep de juiste naam naar het juiste nummer
1
2
3
4
5
6
7
Baarmoeder
Eileider
Eierstok
Urineblaas
Urinebuis
Clitoris
Vagina

Slide 6 - Drag question

Welke kenmerk hoort niet bij een eicel?
A
Grootste menselijke cel
B
Bevat veel reservevoedsel
C
Kan bewegen
D
Gerijpt in de eierstok

Slide 7 - Quiz

Bij welke geslachtscel horen deze kenmerken?
Kleine cel met een zweepstaartje
A
Eicel
B
Zaadcel

Slide 8 - Quiz

Het maagdenvlies is een dichte vlies
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

In de menstruatiecyclus wordt het baarmoederslijmvlies opgebouwd en afgestoten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Menstruatiecyclus
  • Ovulatie (na ongv 14 dagen) 

Slide 11 - Slide

Sleep de juiste naam naar het juiste nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9

Urineblaas

Bijbal

Teelbal

Urinebuis

Zwellichaam

Eikel

Prostaat

zaadblaasjes

Zaadleider

Slide 12 - Drag question

Welke geslachtscellen worden zelfs op een oudere leeftijd nog geproduceerd?
A
Zaadcellen
B
Eicellen

Slide 13 - Quiz

Waar worden zaadcellen geproduceerd?
A
Zaadleider
B
Bijballen
C
Teelballen
D
Prostaat

Slide 14 - Quiz

Uit wat bestaat sperma?
A
Zaadcellen
B
Vocht uit zaadblaasjes
C
Vocht uit de prostaat
D
Alle antwoorden

Slide 15 - Quiz

Hormonen zijn stoffen die de werking van organen regelen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Welke antwoord hoort bij de hypofyse?
A
Produceert stimulerende hormonen voor de voortplantingsorganen
B
Ligt aan de onderzijde van de hersenen
C
Speelt een belangrijke rol in de puberteit
D
Alle antwoorden

Slide 17 - Quiz

Hoe vonden jullie deze manier van herhalen? beargumenteer je antwoord en en zou je vaker dit willen doen ?

Slide 18 - Open question