Par 9.2_hoe verdelen we de taart

Agenda les
  • checken leerdoelen par 9.1
  • leerdoelen par 9.2
  • uitleg par 9.2
  • Zelf aan de slag
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Agenda les
  • checken leerdoelen par 9.1
  • leerdoelen par 9.2
  • uitleg par 9.2
  • Zelf aan de slag

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Noem 2 van de 4 primaire inkomens

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Geef de formule om de toegevoegde waarde per product te berekenen.

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Noem 2 nadelen om de welvaart van een land uit te drukken in BBP per inwoner.

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

De omzet van MacDonalds bedraagt in Nederland €560.000.000.
In totaal bedragen de inkoopkosten van grondstoffen €156.000.000 en de kosten van de diensten van derden bedragen €45.000.000. Verder heeft MacDonalds in een jaar voor €33.000.000 aan afschrijvingen.
Hoeveel bedraagt de bruto toegevoegde waarde van MacDonalds?

Slide 5 - Open question

Bruto toegevoegde waarde = omzet – inkoop grondstoffen – inkoop
dienste van derden
Bruto toegevoegde waarde = €560.000.000 - €156.000.000 -
€45.000.000 = €359.000.000

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Lorenzcurve is cumulatief

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Uitleg (1)
  • Als alle inwoners precies evenveel inkomen hebben dan krijg je de blauwe stippellijn.
Ga maar na. 
  • Stel je wil weten hoeveel % de armste 40 % van het land gezamenlijk verdienen.
    Nou…precies 40% van al het inkomen.
  • In het echt komt zo’n totaal eerlijke verdeling niet voor. De curve wordt dan krom.
  • Hoe verder van de middenlijn verwijdert hoe groter de inkomensverschillen.


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Uitleg (2)
Voorbeeld: 
Hoeveel procent van al het inkomen wordt verdiend door de 80% ‘armste’ van het land?
Zie de grafiek…
  • Daarin zie je dat de 80% armste 40% van al het inkomen krijgen.
  • Je kan dan dus ook zeggen. De 20% rijksten krijgen de overige 60% (100-40) van al het inkomen!

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Uitleg (3)
Voorbeeld: 
Stel een land heeft 10 miljoen inwoners. 
Het BBP/nationaal inkomen is €250 miljard.
Bereken hoeveel inkomen de 20% rijksten gemiddeld verdienen.

20% van van 10 miljoen mensen is 2 miljoen mensen.
Zij krijgen 60 % van al het inkomen 
= €250 mld/100 x 60 = €150 miljard
(zie grafiek…de armste 80% van de bevolking krijgt 40% van al het inkomen, dus de rijkste 20% het overige 60% van het inkomen) 
 €150 mld : 2 miljoen mensen = € 75.000  gemiddeld p/p.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Zelf aan de slag
  • lees paragraaf 9.2 deel 1
  • maak opgave  1 t/m 7;
  • Kijk de opgaven van par 9.1 en 9.2 na met een andere kleur pen;
  • Leer de begrippen van par 9.1 en 9.2;
  • Kijk e.v.t. de gedeelde lessen in teams nog een keer.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions