3.1

Periode 2
Afspraken
Lesplanner
Huiswerkcontrole



1 / 19
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with text slides.

Items in this lesson

Periode 2
Afspraken
Lesplanner
Huiswerkcontrole



Slide 1 - Slide

Afspraken
Geen chromebook of telefoon.

Bij binnenkomst:
  • Zitten op een plek
  • Pen, boek, schrift en rekenmachine op tafel

Tijdens uitleg:
  • Stil
  • Hand opsteken bij een vraag
  • Opletten en meedoen

Tijdens zelfstandig werken:
  • Rustig praten met buurman/buurvrouw mag
  • Grotere groepjes samenwerken toestemming vragen

Slide 2 - Slide

Afspraken niet nakomen
Telefoon of chromebook: inleveren + strafwerk

Bij binnenkomst:
  • Aantekening, 3 keer een aantekening > strafwerk

Tijdens uitleg en zelfstandig werken:
  1. Algemene waarschuwing
  2. 5 minuten op de gang
  3. Verwijdering + vierkant rooster


Slide 3 - Slide

Lesplanner

Slide 4 - Slide

Huiswerk
  • Tijd om huiswerk (deels) te maken in de les
  • Controle eerste les van de week
  • Niet gemaakt, strafwerk per opdracht niet gemaakt 

Slide 5 - Slide

Vragen?

Slide 6 - Slide

3.1 Bronnen van inkomen
Inkomen uit arbeid
Inkomen uit bezit
Inkomensverschillen

Slide 7 - Slide

Inkomen uit arbeid en bezit

Slide 8 - Slide

Inkomen uit arbeid en bezit
Arbeid:
  • Loon
  • Dertiende maand, vakantiegeld, bonus
  • Loon in natura: auto, telefoon, lunch, sport abonnement

Bezit:
  • Rente
  • Dividend en/of koerswinst
  • Winst uit eigen bedrijf
  • Verhuur van huizen of kantoren

Slide 9 - Slide

Inkomensverschillen

Slide 10 - Slide

Inkomensverschillen
Waardoor?
  • Ervaring
  • Functie
  • Diploma's
  • Tekorten
  • Geslacht, achtergrond

    Hoe?
  • Loonschaal en trede 
  • Voorbeeld: loon van docenten

Slide 11 - Slide

Lorenz curve
  • Komt bijna altijd in je eindexamen!
  • Grafiek over de inkomensverschillen binnen een bepaalde groep, bijvoorbeeld een land
  • Aflezen en/of berekenen hoeveel geld een groep binnen de gehele groep verdient.
  • Vergelijken van inkomensverschillen tussen verschillende groepen, bijvoorbeeld landen

Slide 12 - Slide

Lorenz curve
Een lorenz curve gaat over inkomensverschillen in een groep of land. 
De horizontale as zijn de mensen in de groep van arm naar rijk op basis van inkomen. De verticale as is het totale inkomen van de groep. De groene lijn is een evenredige inkomensverdeling. De rode lijn is de lorenz curve, die laat zien hoe groot de inkomensverschillen zijn. Hoe verder van de groene lijn af, hoe groter de inkomensverschillen.

Slide 13 - Slide

Lorenz curve
Het gele stuk op de assen laat zien dat de 40% armste mensen van de groep, samen 10 % van het totale inkomen verdienen.
Dat betekent dat de overige mensen van de groep, de rijkste 60 % van de mensen, samen de overgebleven 90% (100-10) van het totale inkomen verdienen

Slide 14 - Slide

Lorenz curve
Probeer nu zelf:


Hoeveel procent van het totale inkomen verdient de armste 80 procent van de groep?

Hoeveel procent van het totale inkomen verdient dan de rijkste 20 procent van de groep?

Slide 15 - Slide

Lorenz curve
Op je examen krijg je vaak direct de vraag hoeveel procent het rijkste gedeelte van de groep verdient, arceer dan eerst het armste/andere gedeelte van de groep, het percentage dat overblijft van het totale inkomen is voor het rijkste gedeelte van de groep.

Slide 16 - Slide

Examen lorenz curve
Op je examen kan voor het totale inkomen en voor het aantal personen ook een waarde zijn gegeven.
Bijvoorbeeld, het totale inkomen is 10 miljoen euro en het totaal aantal personen is 5.000 personen.
vraag: Bereken aan de hand de Lorenz curve in de afbeelding rechts hoeveel een persoon die tot de armste 40 procent van de groep behoort gemiddeld verdiend.
Uitwerking zie volgende slide

Slide 17 - Slide

Examen lorenz curve
40 % van de 5.000 mensen. Dus 5.000 : 100 x 40 = 2.000 mensen behoren tot de armste 40%.
Zij verdienen samen 10 % van het totale inkomen. Dus 10 miljoen : 100 x 10 = 1 miljoen euro verdienen de armste 40% bij elkaar.

2.000 mensen verdien samen 1 miljoen euro, gemiddeld verdient 1 persoon uit de armste 40 procent dus 1 miljoen : 2.000 = 5.000 euro.
Dus 1 persoon uit de armste groep verdient gemiddeld 5.000 euro.

Slide 18 - Slide

Uitleg Lorenz curve
https://www.youtube.com/watch?v=keojAsnkV7s

Tot minuut 4 kijken, nivelleren en denivelleren is voor de vierde klas.

Slide 19 - Slide