Opdracht 2
1 bijvoorbeeld:
- Hij weet niet zo goed hoe hij zich moet gedragen.
- Hij ziet het niet zitten om in een pleeggezin te gaan wonen.
- Hij is boos, omdat Jesse te laat was.
2 bijvoorbeeld:
- Ik vind dat Jesse best streng is voor Daniël.
- Ik vind het wel goed dat Jesse duidelijk zegt wat hij vindt.
3 bijvoorbeeld:
Ik verwacht dat Daniël nog wel een tijdje boos blijft doen.